De roep om producenten in Suriname, Guyana en Trinidad is toegenomen om de ontwikkeling van hun olie- en gasbronnen stop te zetten uit angst dat dit de klimaatverandering zou kunnen verergeren. Maar, de president en Chief Executive Officer (CEO) van de Energiekamer op Trinidad, Dax Driver, is er vast van overtuigd, dat die landen geen rechtvaardige gronden hebben om een dergelijke eis te stellen. Driver stelde de kwestie aan de kaak tijdens een webinar “Transforming Guyana”, zo meldt de nieuwswebsite OilNow.
Londen als voorbeeld
Met Londen als voorbeeld legde hij uit, dat de stad grotendeels was gebouwd op kolenwinning voor elektriciteit, wat tot het begin van de jaren 2000 voortduurde. Verschillende brandstoffen stoten verschillende hoeveelheden koolstofdioxide (CO2) uit in verhouding tot de energie die ze produceren bij verbranding. Steenkool is de grootste uitstoter. Afgezien van Londen, is de moderne wereld, ook gebouwd op fossiele brandstoffen, zei Driver.
“Dus laat me eerlijk zijn, niemand die in welvarend Londen woont, heeft de morele autoriteit om iemand die in Paramaribo, Georgetown of Port-of-Spain woont te vertellen dat ze hun olie en gas in de grond moeten laten om de klimaatverandering te stoppen”, zo benadrukt hij.
Veel gevolgen klimaatverandering
Hoewel het Caribisch gebied weinig heeft bijgedragen aan de klimaatcrisis, zal dit gebied het meest verliezen aan klimaatverandering en dit zou volgens Driver voorop moeten lopen bij het maken van beleid. Hij was erop gebrand op te merken, dat het beëindigen van de productie geen invloed heeft op de klimaatverandering, het is de consumptie.
“Van kolen naar gas is de meest effectieve verandering op korte termijn die in de wereld moet plaatsvinden om de uitstoot te verminderen”, vervolgde hij.
De Russische invasie van Oekraïne heeft sommige landen gedwongen terug te schakelen naar kolengestookte energie. Maar, het heeft ook de behoefte aan aardgas vergroot om de leegte te vullen die Rusland heeft achtergelaten nu westerse landen zich afkicken van Russisch gas. En dit is iets waar de Caribische regio op moeten letten, aldus Driver.
