De in 2004 gesloten palmolie-deal met het Chinese bedrijf China Zhong Heng Tai is van begin af aan een grote belazerij geweest. Ondanks waarschuwingen hebben de toenmalige regering en parlement indertijd in een recordtijd de deal goedgekeurd en gesloten. Dit zegt de econoom Richard Kalloe.
Toen de palmolie-deal speelde zegt Kalloe op verschillende momenten in publicaties te hebben geageerd tegen de overeenkomst.
Ten eerste heeft hij erop gewezen, dat China vanwege haar agro ecologie niet bekend is met de oliepalm cultuur. Ze kunnen gewoonweg geen oliepalm in China planten.
Ten tweede staat China Zhong Heng Tai niet bekend als een oliepalmbedrijf en heeft geen enkele track record in deze sector. China Zhong Heng Tai staat bekend als te zijn een bedrijf dat handelt in hout. Ondanks deze waarschuwingen en het feit dat de informatie over het bedrijf bekend was, is de overeenkomst indertijd binnen een week door het toenmalige parlement goedgekeurd.
De concept overeenkomst was ingediend door de toenmalige minister Gangaram Panday van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) in het kabinet Venetiaan-Ajodhia. Het behelst de uitgifte van concessierechten voor een areaal groot 50.000 hectare in het Patamacca gebied ten behoeve van de teelt van oliepalm. Sedert de deal is gesloten heeft China Zhong Heng Tai geen enkele oliepalmplant in de grond gestopt. Er wordt wel aan houtkap gedaan via houtexploitanten die daarvoor een forse fee moeten betalen. Het bedrijf, dat gevestigd is in China heeft, verdient op deze manier maandelijks bedragen van rond de US$ 200.000. Van een oliepalm aanplant is geen enkele sprake.
Afblazen palmolie-deal
De kwestie van de China Zhong Heng Tai palmolie overeenkomst is vrijdag tijdens de begrotingsbehandeling ter sprake gekomen tijdens de spreekbeurt van LVV-minister Pramand Sewdien. De bewindsman merkte op, dat de regering overweegt om van de overeenkomst af te komen. De zaak ligt thans op het bord van de regeringstop (president en vicepresident).
Parlementslid Mahinder Jogi (VHP) vindt, dat China Zong Heng Tai de verstrekte vergunning niet gebruikt waarvoor het is verstrekt, en dat het areaal terug moet komen in de boezem van de staat. Hij wordt daarin ondersteunt door diverse Assembleeleden van zowel de coalitie als de oppositie.
Vicepresident Ronnie Brunswijk zei hierover vrijdag in de Nationale Assemblee, dat aan de LVV-minister de opdracht is gegeven om de zaak juridisch goed te onderzoeken. Indien blijkt dat het bedrijf zich niet houdt aan de wetten en vergunningsvoorschriften, dan zal volgens Brunswijk niet geschroomd worden de kwestie voor te leggen aan de Nationale Assemblee.
Geruime tijd
Ronnie Brunswijk heeft in 2019 tijdens de vorige regeerperiode als Assembleelid deze kwestie van China Zhong Heng Tai reeds aangekaart bij de regering en gevraagd om te bekijken om de palmolie overeenkomst af te blazen. In het parlement uitte hij ernstige kritiek op de gang van zaken met China Zhong Heng Tai. Hij maakte toen er gewag van, dat het bedrijf overeenkomsten had gesloten met lokale houtexploitanten om op haar concessieterrein hout te kappen. Er zou US$ 10 per kubieke meter als een soort fee aan het bedrijf moeten worden betaald. Het bedrijf toucheert op deze manier voor het niets doen maandelijks tonnen aan geldbedragen.
Uit andere kringen wordt vernomen, dat opeenvolgende regeringen grote voorzichtigheid aan de dag leggen bij de aanpak van deze materie vanwege de relatie met China. De “afhankelijkheidsrelatie” van Suriname met China speelt in deze kwestie een niet onbelangrijke rol.
De Surinaamse regering lijkt bij de aanpak van deze materie van China Zhong Heng Tai de regering van China niet voor het hoofd te willen stoten. China is immers de grootste schuldeiser van Suriname. Bij de herschikking van Suriname’s buitenlandse schulden vervult China een cruciale rol. Zonder haar instemming om mee te werken aan de herschikking van de schuld van Suriname, zou het IMF (Internationaal Monetair Fonds) geen goedkeuring hebben kunnen verlenen aan Extended Fund Facility (EFF) programma aan Suriname voor een bedrag van US$ 688 miljoen ter ondersteuning van herstel van de economie.
Tegen deze achtergrond is men benieuwd hoe de regering nu de kwestie van China Zhong Heng Tai zal aanpakken. Wat wel duidelijk is, is dat Suriname vooralsnog niet veel hoeft te verwachten van investeringen in de palmolie industrie.
Richard Kalloe zegt, dat dit de zoveelste gemiste kans van Suriname is om de economische basis van het land te verbreden en te versterken. Dit alles komt door de incompetente leiders die dit land sedert de onafhankelijkheid heeft gehad, vindt Kalloe.
SS