In juni 2012 is er een workshop georganiseerd over het gedrag van Marronjongeren. Afgelopen woensdag zijn de onderzoeksresultaten van deze workshop gepresenteerd aan de vertegenwoordigers van de verschillende ministeries en NGO’s. Antropoloog Josta Nieuwendam legt uit dat tijdens de workshop er heel wat voorstellen zijn gedaan. Er zijn door vijf verschillende werkgroepen oplossingen aangedragen met betrekking tot de aanpak van o.a. de problemen van de thuissituatie, onderwijs en hulpverlening van de Marronjongeren. De voorstellen, die uitgebreid zullen worden met aanvullende oplossingen door de uitvoerders, zullen vervat worden in een document. Er zullen modules gemaakt worden, die gebruikt kunnen worden door de verschillende instanties om die oplossingen tot stand te brengen. Het document zal uiteindelijk overhandigd worden aan de opdrachtgever m.n. Stichting Hart voor Suriname.
Lilian Wiebers van de Woman Business Group geeft aan dat voor de workshop gesprekken zijn gevoerd met de verschillende organisaties en instanties die werken met Marronjongeren met gedragsproblemen. Daarnaast heeft zij zelf gesprekken gehad met Marronjongeren. De resultaten zullen in het document worden vervat.
Tijdens de presentatie heeft men zich wederom gebogen over de zaken die tijdens de workshop zijn bediscussieerd. Er is gezamenlijk nagegaan wat de problematiek is en op welke wijze die aangepakt kan worden. Op basis van de knelpunten zijn er voorstellen gedaan en modules gemaakt. Ook is gekeken naar instanties die verantwoordelijk geacht worden deze modules uit te voeren.
De meeste oplossingen zijn volgens Nieuwendam lange-termijn-oplossingen. De toevoer van de Marronjongeren naar Paramaribo gebeurt jaarlijks, dus zij moeten steeds opgevangen worden. Het is volgens haar zaak dat er direct wordt begonnen met de aanpak. Dit is ook het geval in het internaat dat onder het beheer valt van Stichting Hart voor Suriname. Daarnaast wordt het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting aangetrokken om kinderen die nu zijn aangekomen in de stad alvast te begeleiden. Een ander voorstel is dat er niet alleen voorlichting wordt gegeven aan personen in het binnenland, maar ook aan die in Paramaribo om ze bekend te maken met de problemen waarmee de Marronjongeren te kampen hebben, zodat er meer begrip is voor deze groep.
Volgens Wiebers is er in het traject een taak weggelegd voor alle NGO’s en de verschillende ministeries, omdat het probleem integraal aangepakt moet worden. Volgens haar is er voor iedereen een toekomst weggelegd. “Het moment dat zij zelf geen toekomst zien, is voor ons als organisatie de taak weggelegd om die toekomst te bieden of te creëren. We zijn het aan de gemeenschap en de jongeren verschuldigd.”
