“Wat wij samen verdienen stelt in deze periode niets voor”

Er zijn burgers die nog steeds zonder inkomen zitten. Er is dus geen sprake van salaris aan het eind van de maand. Ook heb je nog veel personen met weinig inkomsten die het niet kunnen redden met hun vaste lasten of privé behoeftes. Jennifer zegt in gesprek met Dagblad Suriname, dat het nu heel moeilijk is om een werk te vinden.

“Zonder ondersteuning is het ook moeilijk iets voor je zelf op te starten, ook al wil ik ergens beginnen, het gaat mij niet lukken”, zegt Jennifer. “Mijn onderdak laat het ook niet toe. De toestand waarin mijn kinderen en ik leven laat niets toe. Gesteld ik wil bakken of koken. Als de klanten zien in welke toestand ik woon, zouden ze het zo snel mogelijk afzeggen. Mijn bad en toilet zijn buiten. Mijn wastafel waar ik mijn vaat doe, staat ook buiten en water haal ik uit de hoofdkraan. Het water haal ik vanuit het erf naar binnen om andere nodige zaken te doen. Ik heb jaren geprobeerd een behoorlijk werk te vinden, wat ik tot nu toe vind is een werk in een winkel of als dienstvrouw, niemand wil iemand met een MULO-diploma accepteren of men werkt met gezichten. Ik ken iemand die niet eens de zesde klas gezien heeft en ontvangt een salaris van SRD 3.500. Omdat haar schoonmoeder werkzaam is op een kantoor heeft ze een werk. Dat kan toch niet. Je doet je best, je hebt je papieren en je kennis dan voor niets”, benadrukt Jennifer. 

“Mijn kinderen vinden het ook niet prettig hoe ze wonen. Er wordt niet geklaagd, maar als moeder zie je wanneer iets niet pluis is. Ik hoop dat het komend jaar tenminste goed nieuws voor ons brengt. Met eigen kracht en geloof red ik het wel. Ik heb het al bijna drie jaren gedaan dus het zal me lukken.”

Vinod, die afhankelijk is van de inkomsten van tuin schoonmaakwerkzaamheden, geeft aan dat hij wel andere klusjes bij doet om te verdienen.  Vinod doet ook aan reparaties in een shop, maar werkt niet vast daar. “Ik probeer van alles te doen te verdienen”, zegt Vinod. Hij zegt verder, dat zijn vrouw werkzaam is in een winkel en dat zij het samen proberen te redden. “Wat wij samen maken stelt in deze periode niets voor, maar we gaan uiteindelijk harder ons best moeten doen. Opgeven kunnen wij niet. We hebben ook een kleine die wij moeten voeden.” 

TM

error: Kopiëren mag niet!