Door de president van Suriname is enkele dagen terug het Tripartiet Overleg ingesteld. Dat is een zeer belangrijk niet in de grondwet genoemd orgaan van dialoog waar alle 3 sociaal-economische partners bij elkaar komen en belangrijk afspraken maken ten aanzien de korte- en middenlange termijnmaatregelen. Daarbij zullen alle drie partijen ervoor pleiten dat ze iets winnen en dat die winst wordt toegestaan door de andere drie partijen. Alle drie partijen zullen bij de onderhandelingen iets winnen. Maar om iets te winnen zullen alle drie partije iets moeten opgeven. De allerbelangrijkste afspraken over na te streven winst en bereidheid om in te leveren, zullen uiteindelijk onderdeel uitmaken in een sociaal akkoord. De doelen en maatregelen die daarin worden afgesproken zijn eenvoudig en helder, het gaat om zaken die realiseerbaar zijn. Op den duur zullen alle drie partners (bedrijfsleven, regering en vakbonden) hun handtekening zetten onder het akkoord met winsten en offers. Alle drie partijen zullen zich aan de afspraken houden. En zodoende kan een zekere rust worden bereikt in de samenleving en zal sociale onrust worden voorkomen. De sociale rust ontstaat wanneer vooral de werkende mensen in het land en de bedrijven het gevoel hebben dat ze sociale rechtvaardigheid ervaren en beleven. En dat gevoel moet wel het resultaat moeten zijn van het tripartiet akkoord en de uitvoering ervan. De president heeft aangegeven dat hij uiterlijk 25 november 2021 het tripartiet akkoord wenst te hebben. Dat is pakweg na 2 ½ maand, het lijkt kort maar als gas wordt gegeven en de verrichtingen van het lichaam strak worden ingericht kan het resultaat worden bereikt. De voorzitter van het TO heeft de moeilijkste taak om de boot die door heftige wateren en soela’s zal haan, heelhuids en zonder spaanders te loodsen. De TO-voorzitter moet een stuurman zijn die zodanig laveert dat iedereen in de boot blijft, niemand over boord valt of springt en dat alle 3 partners met zijn allen het einddoel bereiken en dat is een samenleving waarin iedereen kan leven en ook perspectief heeft. Wanneer van alle ogenschijnlijk tegenstrijdige belangen (vooral tussen werkgevers en werknemers) een harmonische agreement kan worden geformuleerd, dan is dat het tripartiete akkoord. De partij van wie het meest actoe zal worden verwacht dat is de regering. De werkgevers maar zeker de werknemers zullen iets lijdelijker in zo een akkoord zijn en meer men wensen op tafel komen. Van hun is van belang dat ze zich commiteren om in te leveren. Een voorbeeld is dat de werknemers afzien van drastische looneisen die de economie van hun stuk kunnen brengen en kunnen zorgen voor oververhitting. Een ander voorbeeld is dat werkgevers afzien van ontslagen en inkrimpingen waardoor de werkloosheid niet stijgt. Wij denken dat iedereen die relevant is en meedoet aan sociaal dialoog in Suriname, aan boord is van het TO. Ravaksur is een verziekte overkoepeling geworden, omdat de constitutieve vakcentrales met elkaar overhoop liggen. Maar we dachten dat er een zekere understanding was onder de vakbeweging dat Ravaksur de overkoepeling van de vakcentrales is waarmee de regering moet dealen waneer het gaat om belangrijke sociaal-economische vraagstukken. Er is ruzie binnen Ravaksur die aangestoken is door de vorige regering om de werknemers van Suriname verdeeld te houden, zodat ze geen vuist kunnen maken tegen de regering, zoals in mei 1999. Deze ruzie maakt het moeilijk voor de regering om met deze overkoepeling te praten. De regering heeft er baat bij om middels gepaste interventies een helpende hand uit te steken om de eenheid binnen de Ravaksur te herstellen. De eenheid betekent niet dat alle vakcentrales over allerhande onderwerpen dezelfde mening hebben, maar het moet betekenen dat men wel aan 1 tafel zit om namens de wrokomans van Suriname standpunten in te nemen. De regering kan uiteraard heel breed gaan en zelfs buiten Ravaksur om visies van vakbonden te vernemen, maar de regering moet wel formeel dialoog doen met Ravaksur. Daarom vinden wij niet dat nieuwe misschien ad hoc organisaties als 1:6 toegelaten moeten worden tot gestructureerde settings als TO. De vakbeweging die buiten Ravaksur opereert moet uit respect voor de eenheid een poging ondernemen om binnen de Ravaksur opgenomen te worden en van daaruit hun bijdrage te leveren. In elk geval heeft de president bij de instelling van de TO een belangrijk korte-termijn-huiswerk aan het orgaan meegegeven. Maar daarna zal het TO nog veel huiswerk hebben, bijvoorbeeld om het sociaal akkoord te monitoren en tussentijdse interventies te hebben wanneer er dreiging is van onrust of wanneer de regering dreigt te gaan verslappen. Het TO is sociaal dialoog op een bepaald niveau en lijkt een meer uitvoerend karakter te hebben vooral gericht op de harmonisatie. Maar daarnaast hebben we ook nog de SER die wel een grondwettelijk orgaan is. Tussen deze 2 organen moet er een goede afstemming zijn. In elk geval denken wij dat met een TO die actief en operationeel is, de regering infrastructuur heeft aangelegd om te voorkomen dat er grootschalig sociale onrust en gevoelens van onbehagen in het land ontstaat. Daarmee heeft de regering gekweten van een belangrijke verantwoordelijkheid en zorg die op haar schouders rust.