De Stichting 8 December 1982 memoreert het Surinaams volk, dat 31 jaar geleden, in de nacht van 4 op 5 augustus 1990, de politie-inspecteur Herman Gooding werd vermoord, nadat hij uit de brigade van de Militaire Politie wegreed.
Het lichaam van deze moedige inspecteur van politie, van wie het hoofd uit elkaar geschoten was, werd de volgende morgen gevonden, niet ver van het huidige DNA-gebouw. Ook deze lafhartige moord op Herman Gooding is niet onderzocht en inmiddels verjaard. Ideologische verwanten van de machthebbers en moordenaars van toen vertelden de leugen, dat Herman Gooding op een andere plek vermoord werd en daarna voor het monument van Gevallenen, gedumpt werd, daarmee de samenleving met de zoveelste leugen uit die tijd belastend.
Het onderzoek waar Herman Gooding mee bezig was hield verband met de moordpartij in Moiwana. Op 29 november 1986 werden tientallen bewoners van het dorp Moiwana, onder wie zwangere vrouwen, ouderen en kinderen, in koelen bloede doodgeschoten. De massamoord vond plaats tijdens de Binnenlandse Oorlog tussen het Nationaal Leger onder leidingvan D. Bouterse en het Jungle Commando onder leiding van Ronnie Brunswijk.
Herman Gooding zijn ijver en integriteit werden hem fataal.
Er werd in augustus 1990 bij resolutie een onafhankelijk Onderzoeksteam onder leiding van de heer W. Texeira, in zijn hoedanigheid van lid van het Nationaal Instituut Mensenrechten, ingesteld dat zou moeten resulteren in een gedegen justitieel onderzoek. Ook dit werd een farce, omdat de Trias politica compleet uitgeschakeld was en de macht van de sterkste in ons land gold die “blinde muren opwierp”.
Onze samenleving moet beseffen dat ”straffeloosheid beschouwd wordt als de belangrijkste factor in het chronisch herhalen van mensenrechtenschendingen, en dat het slachtoffers en hun naasten volledig weerloos laat”.
De inmiddels overleden moeder van de heldhaftige Herman Gooding heeft niet kunnen weten wie de moordenaars van haar zoon waren, omdat de rechtsstaat niet functioneerde. Alleen wanneer de rechtsstaat functioneert zonder aanzien des persoons, zullen wij pas een rechtvaardige samenleving kunnen opbouwen waar eenieder gelijk is voor de wet.
De Stichting 8 december 1982 roept de regering op, ondanks de verjaring, alsnog een onderzoek moet laten instellen. ‘Ook al kan een dader uiteindelijk niet meer worden vervolgd, tóch kan de moord meer aan het licht brengen. Dat kan voor nabestaanden heel belangrijk zijn.’
De Stichting heeft met belangstelling vernomen dat de regering voornemens is om het in aanbouw zijnde politiebureau aan de Gemenelandsweg af te bouwen en stelt voor dat Hoofdbureau te vernoemen naar de held Herman Gooding die zijn leven heeft gegeven ter bescherming van de mensenrechten en de rechtsstaat.. Zo zal Suriname hem nimmer vergeten.” Hij gaf immers zijn leven om anderen te beschermen.
Sunil Oemrawsingh