Woensdagavond werd de eerste tuchtcollegebijeenkomst van het nieuwe competitiejaar van de Surinaamse Voetbal Bond gehouden in het Andre Kamperveen Stadion. Er waren drie zaken op rol; die waren: Quincy Doekoe van Botopasie, Giovanni Molly van Tammenga en Gerrit Lingaard van Santos. Aan Doekoe en Molly werd de straf van 1 wedstrijd opgelegd, terwijl Lingaard 3 wedstrijden moet zitten. De straf van Doekoe kon meer zijn geweest, als arbiter Esajas aanwezig zou zijn op de zitting. Echter was deze scheidsrechter verhinderd.
Doekoe van Botopasie kreeg in de 15de minuut van de wedstrijd een rode kaart, omdat hij zich schuldig had gemaakt aan ernstig gemeen spel. De leden van het Tuchtcollege konden zelf niet geloven dat een scheidsrechter alleen dat kan schrijven zonder verdere uitleg. Nota bene was de arbiter Esajas niet aanwezig, wat later ook voor frustraties zorgden. ‘De bal werd naar mijn richting toegespeeld door mijn medespeler, ik probeerde toen met de bal te draaien, maar op datzelfde moment pleegde een speler van ACoconut een sliding. Omdat ik de bal niet goed aannam, probeerde ik met mijn lange voeten de bal toch terug te winnen. De arbiter die 2 meter van de situatie verwijderd was, zag de poging die ik met mijn benen deed, gaf zonder enige twijfel de rode kaart. Ik vroeg hem nog wat heb ik gedaan, waarop ik geen antwoord heb gekregen’, zei Doekoe aan het Tuchtcollege.
‘Na de wedstrijd ben ik weer naar de arbiter gegaan en heb hem gevraagd wat ik gedaan heb. Daar heeft hij mij uitgelegd dat hij een fout heeft gemaakt en ik eigenlijk een gele kaart moest krijgen. Hij gaf nog zijn woord dat hij alles recht zou trekken bij het tuchtcollege’, zei Doekoe. Maar arbiter Esajas verscheen niet en de rode kaart van Doekoe kon niet verschoond worden. Na alles gehoord te hebben, heeft het tuchtcollege aan Doekoe een straf van 1 wedstrijd opgelegd. Hij zal hierdoor de treffer tegen Inter Rica moeten missen.
Molly van Tammenga, die de assistent-scheidsrechter Rokette vies en vuil uitschold, beweerde dat hij nooit Rokette had uitgescholden. ‘Ik heb juist de scheldwoorden aan medespeler Mangalvio Promes gericht en niet naar de arbitrale leiding’, zei Molly. Maar arbiter Navin Bhoelai die wel aanwezig was, stond pal achter het rapport dat Molly wel de assistent-scheidsrechter uitgescholden had. Tuchtcollegelid John Hoft attendeerde Molly erop dat het verboden is scheldwoorden te gebruiken tegen medespeler, tegenstander, trainers, plubliek, officials, arbitrale leiding, anderen en tegen jezelf. Molly gaf toen aan dat hij een fout heeft begaan en het nooit meer zal doen. Aan hem werd toen een straf van 1 wedstrijd en een geldboete van SRD 30,- opgelegd.
Lingaard van Santos had zich schuldig gemaakt aan ernstig gemeen spel, door een gelijkbenige tackle te plegen op zijn tegenstander. Lingaard die niet aanwezig was, werd bij verstek veroordeeld. Hij kreeg een straf opgelegd van 3 wedstrijden en een geldboete van SRD 30,-.
