Minister Edward Belfort van Justitie en Politie (Juspol) heeft in zijn verantwoording gisteren in het parlement de slappe vertoning van de brandweer bij de bestrijding van de felle brand aan de Zwartenhovenbrugstraat volmondig erkend. Volgens de bewindsman zou dit ondermaatse optreden te wijten zijn aan miscommunicatie in het korps. Er zouden tegenstrijdige instructies zijn gegeven aan de ploeg op de plek van het incident. De minister gebruikte bewoordingen als ‘valse instructies’ en ‘desavouering van opdrachten’. De bewindsman probeerde te ontzenuwen dat het falend optreden te wijten zou zijn aan het gekortwiekte inkomen van brandweerlieden als gevolg van het besnoeien in hun meerwerk. Volgens Belfort zijn de overuren niet nodig, omdat brandweerlieden het gebruiken als aanvulling op hun salaris.
De Juspol-bewindsman ging zelfs zover door aan te geven dat de korpsleden op een oneigenlijke manier hun salaris gebruiken, waardoor zij in geldnood komen. Nieuw Front-assembleelid Mahinder Jogi vond dat Belfort met zijn optreden zwak beleid van de regering demonstreert. Zowel hij als zijn NF-collega Ruth Wijdenbosch vond de aantijgingen van de minister op het bestedingspatroon van de brandweerlieden verregaand. “Minister, het privéleven van de brandweerlieden is ‘none of your business’”, was de ferme uitspraak van Wijdenbosch. De oppositie maakte Belfort in niet mis te verstane bewoordingen duidelijk niet geïnteresseerd te zijn in de privéaangelegenheden van de brandweerlieden en interne ruzies in het KBS. Ook de coalitie maakte Belfort duidelijk geen boodschap te hebben aan zijn verwijten aan de brandweer. Zij verwachten niets anders dan goed beleid van de minister, ‘zodat de samenleving zich beschermd mag voelen door een goed toegerust brandweerkorps’.
