De regering Santokhi/Brunswijk zit al een jaar aan en er is tot nu bitter weinig gedaan dan brandjes blussen. Tot nu toe is ze alleen met het Internationaal Monetair Fonds (IMF) bezig geweest, maar ook daar zijn ze nog steeds bezig mee. Het eigen Surinaams deskundig kader wordt niet ingezet. In plaats daarvan worden in het buitenland gevestigde consultancybureaus voor veel geld ingehuurd die nota bene geen binding hebben met Suriname en de Surinaamse realiteit niet kennen. Vrienden en families worden voorgetrokken bij invulling van functies en posten. Dit zegt de econoom Richard Kalloe in gesprek met Dagblad Suriname.
Minister Ramdin heeft nooit gewerkt
Kalloe zegt dat na een jaar is gebleken dat de regering geen plan had om de crisis in het land te lijf te gaan. Men heeft het volk dat gewoon voorgelogen. En nog steeds houdt men het volk leugens voor. Waar blijven de meer dan 150 voorstellen van Foreign Direct Investments (FDI) waar president Santokhi en minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking, BIBIS, zo prat op gaan? Slechts één investeringsproject is goedgekeurd, met name dat van de waterstof energiecentrale die een bedrag van US$ 1.2 miljard zou behelzen. Maar, alles rond dit investeringsproject wordt angstvallig in de geheimzinnigheid gehouden, terwijl bitter weinig bekend is rond de “track record” van de investeerders en het investeringsbedrijf. Minister Albert Ramdin gaat prat op het Foreign Direct Investment, maar niets komt van de grond. Volgens Kalloe is dat niet verwonderlijk, omdat deze minister nooit in zijn leven heeft gewerkt en iets tot stand heeft gebracht. De afdeling FDI op het ministerie van BIBIS noemt Kalloe een lachertje, omdat daar geen deskundigen zitten die voorstellen voor investeringsprojecten kunnen beoordelen.
Investeringsmaatschappij ‘complete mislukking’
Eén van de voorwaarden van het IMF is dat er een speciale investeringsmaatschappij in het leven moet worden geroepen om alle investeringsprojecten te beoordelen. Alle projecten moeten door terzake deskundigen worden doorgerekend en doorberekend en op haalbaarheid worden getoetst volgens de normen van de Wereldbank en het Europees Investeringsbank. De afdeling FDI op het ministerie van BIBIS met de aanwezige ambtenaren daar zijn daartoe absoluut niet in staat, meent de econoom. De Suriname National Foreign Investment Enterprise (SUNFIN), de voorloper van SURFIN is ook uitgedraaid op een complete mislukking. Tijdens de discussie rond de oprichting van deze investeringsmaatschappij waar er zoveel om te doen is geweest, werden grootse investeringsplannen in het vooruitzicht gesteld. Volgens Kalloe blijkt uit bovenstaande dat de regering nooit een plan had en dat nog steeds niet heeft. De regering heeft “krabita anoe”, alles wat ze aanraakt mislukt”.
De regering had kort na haar aantreden aangekondigd schatkistpapier te zullen uitgeven om zo enigszins te kunnen voorzien in haar financieringsbehoefte. Er zouden staatsobligaties ter waarde van US$ 400 miljoen worden uitgegeven, waarbij onder meer als zekerheid zouden dienen de olievondsten voor de kust en alle goudconcessies. Bleek achteraf dat de staat over geen enkele goudconcessies meer beschikt, terwijl met betrekking tot de olievondsten de maatschappijen nog lang niet zover zijn om een finaal investeringsbesluit te nemen. De waarde van de olievondsten zijn nog niet vastgesteld. Van de aangekondigde uitgifte van schatkistpapier is sindsdien niets meer vernomen. Het IMF heeft de uitgifte van staatsobligatie sterk afgeraden.
Verhoging royalties goudexporten
Een andere voorwaarde die het IMF stelt is verhoging van de royaltytarieven voor alle goudproducties naar 7,5 procent, dit in het kader van het herstel van de budgettaire houdbaarheid van de regering. Het huidig royalty tarief voor de kleinschalige goudexporteurs ligt op 2,75 procent en die voor de grote multinationals is vastgesteld op 6 procent. Richard Kalloe staat sceptisch hier tegenover. Hoewel hij inderdaad ook voorstander is van verhoging van de royalty tarieven ziet hij zulks niet gauw gebeuren. “Onze leiders, vanaf Venetiaan, Bouterse en nu Santokhi, hebben met betrekking tot buitenlandse investeringen in de goudsector nooit onderhandeld in het belang van Suriname. De buitenlandse goudmaatschappijen hebben ze allemaal in hun zak en ze omgekocht. Uit zichzelf zijn ze nooit gaan praten met de maatschappijen over verhoging van royalty’s”, aldus Kalloe. Hij zegt, dat het IMF dat nu wel eist en vraagt zich af of Santokhi deze harde noot gaat kunnen kraken.
SS
