(22-11-1946 – 29-11-2020)
Op 29 november 2020 bereikte mij het droevige bericht dat Radjindrekumar Nihalchand Hira m.b.a. Sonny Hira, het aardse leven vaarwel gezegd had. Het bericht kwam aan als een donderslag bij heldere hemel, aangezien ik hem anderhalve week daarvoor in goede gezondheid persoonlijk had ontmoet.
Op zijn verjaardag, 22 november had ik hem nog telefonisch gefeliciteerd. Mijn contact met hem dateert van mijn jeugdjaren. Wij waren bloedverwanten van elkaar en zijn ook samen opgegroeid. De hechte band bleef bestaan, ook al zagen wij elkaar jaren niet.
Na de Surinaamse Kweekschool en de hoofdakte opleiding met succes behaald te hebben was Sonny, zoals ik hem vanwege de goede relatie blijf noemen, enige jaren werkzaam in het Surinaamse lager- en mulo onderwijs. In 1970 vertrok hij naar Nederland om zich te bekwamen in de Spaanse taal, letterkunde en geschiedenis van Latijns-Amerika.
In 1974 behaalde hij zijn MO-akte en kandidaatsexamen en daarna studeerde hij verder en slaagde in 1976 voor het doctoraalexamen. Hij noemde zich met trots hispanoloog. Kort na het behalen van deze graad keerde hij terug naar zijn vaderland en was werkzaam bij het Ministerie van Onderwijs als docent IOL en VWO. Hij besefte na korte tijd, dat niet het onderwijs zijn roeping was, maar de diplomatieke dienst. Hij trad in dienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, deed daar de nodige ervaring op, en volgde in 1981 een diplomatieke opleiding aan de bekende instituten Rio Branco, Uwi en Unitar.
Na zijn terugkeer werd hij aangesteld als beleidsmedewerker van het Ministerie van Buza belast met Non Aligned Movement en de afdeling Latijns-America. Van 1982 tot 1984 was hij tijdelijk zaakgelastigde van Suriname op de ambassade te Caracas en Rapporteur relatie Suriname-Nederlandse Antillen. In 1994 werd hij door de toenmalige regering Venetiaan-Ajodhia aangesteld als consul-generaal van Suriname op de Nederlandse Antillen en Aruba, welke functie hij tot 1998 heeft vervuld.
Van 1998 tot 2000 was hij ambassaderaad op de ambassade te Brussel voor België en de EU. Hij keerde toen naar Suriname terug als beleidsadviseur van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. In 2002 kreeg hij de benoeming van ambassadeur in Brazilië met als standplaats Brazilia. Deze functie bekleedde hij tot 2007. Bij zijn vertrek werd aan hem door de President van Brazilië vanwege zijn bijzondere verdiensten een ereorde verleend in het Grootkruis Nationale Orde Cruzeiro do Sul.
Een anekdote die hij mij vertelde tijdens zijn ambassadeurschap in Brazilië, betrof het bezoek van President Venetiaan aan de ambassade. Er werd een speciaal diner voorbereid voor de President met de restrictie dat laatstgenoemde geen rijst at, maar alleen aardvruchten. Sonny was hier heel verbaasd over en vroeg de President om uitleg, waarop de President alsvolgt antwoordde: “Hira, luku yu bere en luku di fu mi”. Sonny die een groot gevoel voor humor had, barstte in lachen uit. Na zijn terugkeer uit Brazilië was hij nog enige tijd verbonden aan Buza als beleidsadviseur.
Het opvallende van zijn diplomatieke carrière is dat Sonny de stormen van alle regeringen, met zeer diverse opvattingen, heeft kunnen doorstaan. Dat lijkt vreemd voor iemand die voorzover mijn informatie luidt, altijd de VHP als partij heeft aangehangen. Toen ik hem een keer vroeg hoe dat kwam, zei hij mij dat diplomatie een kunde is die jij in je vingers moet hebben. Dit uiteraard naast een gedegen theoretische opleiding op dit stuk. Hij zei mij dat je als diplomaat, het beleid van jouw land moet uitdragen in het buitenland en zoveel mogelijk voordeel voor Suriname moet weten te behalen. Wanneer het thuisfront ziet dat jij je inspant om jouw land op de juiste wijze te verkopen zal het alleen maar respect afdwingen, en dan vallen alle politieke barrières weg.
M.i. heeft Sonny behoord tot een kleine groep “geboren” diplomaten. De laatste jaren was hij actief betrokken bij de VHP. Hij heeft de huidige President als adviseur in het buitenland begeleid in de periode vóór de verkiezingen. Van mijn dochter, die ook een rol speelt in de Nederlandse politiek, vernam ik dat hij tijdens de gesprekken met Nederlandse politici een heel goede indruk heeft gemaakt. Rond de verkiezingen van 2020 was hij woordvoerder van de Oranje Partij. Hij was ook voorzitter van de commissie internationale betrekkingen bij de VHP.
Op 21 november, acht dagen vóór zijn overlijden, werd hij door de President van de Republiek Suriname gedecoreerd als Commandeur in de Ereorde van de Palm. Een onderscheiding die hij ten zeerste verdiend had. Suriname heeft één van zijn legendarische diplomaten verloren. Hopelijk mag hij tot voorbeeld dienen voor de jongeren in dit vak.
Aan zijn wederhelft Letitia Hira-Bhikharie, kinderen en verdere nabestaanden betuig ik mijn oprechte deelneming. Moge de Almachtige jullie de kracht geven dit zware verlies te dragen.
Om shanti (Goddelijke vrede zij met U)!
Carlo Jadnanansing