Het is officieel: op 1 oktober vangt het nieuw schooljaar aan. De Onderwijsminister Marie Levens spreekt van Covid-vrije openbare en bijzondere scholen die in het nieuw schooljaar gekenmerkt worden door 2 lesdagen in plaats van de traditionele 5 lesdagen. Op een gister gehouden persconferentie is de minister ingegaan op hoe het schooljaar 2020/2021 eruit zal zien. Velen houden hun hart vast met de Covid-cijfers; vanaf 13 maart tot en met gister zijn 4.645 personen positief getest waarvan meer dan 90 personen gestorven zijn. Volgens Levens doet het ministerie er alles aan om iedereen zo goed mogelijk te beschermen tegen Covid-19. “De scholen zijn goed schoongemaakt. Daarnaast zijn er hygiënische maatregelen getroffen, inclusief sanitaire voorzieningen. We hebben ook de wasbakken in orde gemaakt. Er zijn kranen, er is stromend water. We vragen de kinderen een klein flesje zeep mee te nemen zodat zij hun handen op school goed kunnen wassen”, luiden de woorden van de minister.
Covid-protocollen op scholen
Op grond van de cijfers van het ministerie gaan per 1 oktober landelijk 144.000 leerlingen en meer dan 10.000 leerkrachten op circa 600 scholen aan de slag met het onderwijsprogramma. Op het schoolerf en in de klas is de mond- en neusbedekking verplicht voor een ieder, met uitzondering van kinderen jonger dan 6 jaar. Bij een ieder die het schoolterrein betreedt, worden de handen gereinigd en wordt de lichaamstemperatuur gemeten. Overal op het schoolerf geldt de 1,5 meter afstand. Er mogen geen brasa’s gegeven worden en ook een handdruk geven zit er niet in. “De scholen hebben zich goed voorbereid, er zijn looproutes aangegeven. De schoolkantines gaan niet open, de studenten en kinderen moeten dus zelf eten en drinken van huis meenemen.” In een leslokaal mogen maximaal 10 leerlingen plaatsnemen, in een lokaal van 7 bij 7 meter geldt er een limiet van 8 leerlingen. Een leerkracht mag maximaal 30 leerlingen onder zich hebben, bij het lesgeven worden de leerlingen in groepjes van 10 leerlingen verdeeld. “De kinderen kunnen dus niet elke dag naar school; 2 keren per week is er school en 3 dagen zijn de kinderen thuis.” Ook zonder Covid-19 zouden er kleinere klassen gehanteerd worden van maximaal 24 leerlingen in een klas, vermeldt de minister erbij. Zij is van mening dat ook na Covid-19 in overweging wordt genomen om minder dan 5 lesdagen te hanteren.
Onderwijs op afstand
Ook in het nieuw schooljaar komt onderwijs op afstand aan de orde waarbij er gebruik wordt gemaakt van radio, tv, internet en speciaal geprint materiaal om thuis te kunnen oefenen. Rekenen en Taal zijn 2 vakken waar leerlingen face-to-face begeleiding nodig hebben en daarmee wordt er rekening gehouden. Levens wijst erop dat de lessen die verzorgd worden via de radio, tv en internet evenveel didactisch zijn net als wanneer het in de klas zou plaatsvinden. Bij onderwijs op afstand heeft het ministerie begrip voor leerlingen die niet over internet beschikken. Zo is er gestuurd onderwijs en schoolradio om deze groep tegemoet te komen. Vakken als Tekenen en Lichamelijke Opvoeding worden niet afgeschaft. De schooldagen worden evenmin langer; “we verschuiven alleen een deel van de vakken voor thuisstudie”.