“Al de voertuigen waarin de 16 pas aangetreden ministers rondrijden, zijn gehuurd.” Dat zei vicepresident Ronnie Brunswijk gisteren op een persconferentie. Brunswijk merkte op dat bij aantreden van de nieuwe regering ook gezien is dat alle ministers een auto hebben ontvangen. “De president heeft toen ook gevraagd van wie de auto’s zijn. Dus in ieder geval hebben we van DNV gehoord dat bij aantreden van ministers, zij ervoor zorgt dat de ministers een auto krijgen. Die auto’s zijn gehuurd”, benadrukte de vp. Hij voegde eraan toe dat de wagens voor onbepaalde tijd zijn gehuurd. “Aan ons is gezegd voor 3 maanden, maar het kan ook binnen 1 maand of 2 weken beëindigd worden. De president moet nog een besluit nemen om te kijken of de ministers die al beschikken over een voertuig, hun eigen voertuig wensen in te zetten of dat er een eigen voertuig ter beschikking gesteld zal worden aan de minister”, aldus Brunswijk.
Alleen bij Volksgezondheid dienstwagens aangetroffen
De vp benadrukte dat met uitzondering van het ministerie van Volksgezondheid, op geen enkel overheidsdepartement dienstvoertuigen door de voorgangers zijn achtergelaten. “Bij alle andere ministeries zijn de voertuigen weg. Dus daarom duurt de inventarisatie nog”, aldus Brunswijk. Kort daarvoor werd al bekend dat ex-LVV-minister Rabin Parmessar de veel besproken VW Amarok die hij voor een spotgoedkoop bedrag had overgekocht, weer had teruggegeven aan LVV. In de samenleving is grote verontwaardiging ontstaan, nadat bekend werd dat Parmessar de dienstauto waarvan hij gebruik maakte als minister voor SRD 20.048,32 had gekocht. Brunswijk stelde dat dit voertuig deel uitmaakt van een project van de IDB waar de organisatie een aantal voertuigen aan LVV had gegeven voor een project dat bovendien nog loopt. Het zou volgens hem dus niet correct zijn om de VW Amarok door te verkopen aan een derde. De vp hoorde pas tijdens de persconferentie dat het voertuig terug was.
Brunswijk rijdt in eigen auto
Eerder heeft Brunswijk al bekendgemaakt dat hij ook bij het kabinet van de vicepresident sinds zijn aantreden geen enkele dienstvoertuig heeft aangetroffen. Volgens Brunswijk rijdt hij nog steeds rond in zijn eigen auto. “Er zijn geen voertuigen overgedragen en vooral voertuigen betreffende de vicepresident zelf. We hebben niet eens een volksauto kunnen overnemen. Er is geen enkele auto overgedragen. Ik rij nog steeds met mijn eigen auto”, aldus Brunswijk. Volgens een exit-regeling krijgen de president, vicepresident, ministers en onderministers als vervoersfaciliteiten een auto plus brandstof en een persoonlijke chauffeur in dienst van de Staat. Dezelfde faciliteiten krijgen ministers tot zes maanden na hun aftreden wanneer het ontslag eervol is verleend en wanneer ze minstens een jaar in functie waren geweest. Voor de ex-president en ex-vicepresident is dat een jaar.
FR