De plee van de NPS

Tijdens een rondgang in Paramaribo betrad Dagblad Suriname een erf aan de Grote Combéweg 86 C, vis a vis Combé Markt, waarop 15 prasi-oso’s staan. Er werd aangeklopt en gesproken met bewoner Klimin Kardi.

Hygiëne ontbreekt

“Ik ben blij dat ik en mijn vrouw een dak boven het hoofd hebben. Maar wij leven hier niet onder goede omstandigheden. Hygiëne is niet haalbaar, wat wij er ook aan doen. Wij staan bij de minste regenval onder water om niet te spreken over andere gebreken en tekortkomingen.”

Afpoeieren

“De eigenaren bekommeren zich niet om de omstandigheden waaronder wij wonen. Zij hebben hun eigen kopzorgen. Zoals ik het begrepen heb, gaat het om een boedel. Wij worden daarmee afgepoeierd als wij vragen voor reparatie en betere voorzieningen. De huurders zouden het één en ander zelf kunnen opknappen, maar wij mogen dat niet. Meer kan ik niet te zeggen.”

Een van de vier plees op het erf, waarvan 15 huishoudens gebruik moeten maken. Bij het vastleggen van dit plaatje werd door een bijstander opgemerkt: “Ik ben benieuwd naar de plankaart van het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu, die in de regering Santokhi/Brunswijk is toegewezen aan de NPS”.

Suriname aangenamer maken

“Het is mij op de eerste plaats niet zo zeer te doen om grote stedenbouwkundige plannen voor Paramaribo en andere bevolkingscentra. Het gaat om spelregels die de leefruimte op de eerste plaats planmatig onderhouden, benutten en aangenamer maken. De NDP-erfenis, de plee die minister Sylvano Tjong-Ahin van Ruimtelijke Ordening en Milieu komt aantreffen, heeft alles van een augiasstal.”