‘In de Melkwet staat nergens aangegeven wat de sterkte van de alcohol moet zijn bij de keuring van rauwe koeienmelk’, zegt Laurence Perreira, voorzitter van de Vereniging van Surinaamse Melkveeboeren (VSMB). Toen de Melkcentrale een percentage van 85 % hanteerde, heeft de VSMB ernstig hiertegen geprotesteerd. Onderhandelingen tussen het bestuur van de VSMB, de directie van de Melkcentrale en de minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij hebben erin geresulteerd dat het percentage van 75 % gehanteerd zou worden. Dit percentage is niet in goede aarde gevallen bij een drietal boeren. Deze ontevreden melkboeren hebben toen een schrijven gericht naar de VSMB-voorzitter waarin hij beschuldigd wordt van het schaden van de belangen van de melkveeboeren ter wille van persoonlijke redenen.
‘Ze zijn ondankbaar, als ze dat willen, stap ik maar op, dan moeten ze het maar zelf bekijken’, zegt Perreira om de kritiek. Nu blijkt dat de drie personen die de brief hebben ondertekend, geen lid zijn van de VSMB. De vereniging telt ruim 300 leden die wel achter Perreira staan. De VSMB-topman geeft aan dat bij de onlangs gehouden algemene ledenvergadering alle boeren unaniem hebben goedgekeurd dat het percentage bij de keuring 70 % moet bedragen. Dat de Melkwet niet specifiek aangeeft hoe hoog het percentage bij de keuring mag zijn, was een nieuwigheid voor Perreira. Pas tijdens de onderhandeling van dinsdag is hij hierachter gekomen. ‘Ik wist echt niet dat het zo was. Samen met de LVV-minister en de directeur van de Melkcentrale hebben we geprobeerd een middenweg te vinden. Het is van 85 % teruggebracht naar 75 %. Is dat geen prestatie?’
Perreira zegt dat in landen in de regio, waaronder Trinidad en Tobago, een percentage van 85 % wordt gehanteerd. Bij de onderhandelingen zijn er nieuwe vooruitzichten geschapen voor de melkveesector. Zo is gesproken over de aanschaf van een elektronisch apparaat van zeker USD 90.000 voor het testen van koeienmelk. De LVV-bewindsman heeft aangegeven het geld voor dit project uit zijn eigen budget te zullen vrijmaken. Ook is aangekaart het invoerrechtenvrij laten binnenhalen van koelwagens voor de melkboeren en transporteurs. Deze zullen dan tegen een zachte lening te koop worden aangeboden. Het provisorisch vervoeren van melk in pick-ups waarbij de rauwe melk is blootgesteld aan de felle zon, zal dan tot het verleden gaan behoren.
‘Wat willen de melkveeboeren nog meer? Moet ik de LVV-minister en de directeur van de Melkcentrale in diskrediet brengen door te gaan schelden op ze? Die mannen doen hun best om een middenweg voor ons te zoeken’, zegt Perreira. ‘Straks wordt het percentage opgeschroefd naar 85 % en dan kunnen we geen kant meer op, want we hebben geen wettelijke basis om op terug te vallen.’
Asha Gajadien-Bhagwat