Politiek is de kunde en de wetenschap van het omgaan met macht. Uiteraard met als randvoorwaarden dat macht gehanteerd moeten worden in het belang van de samenleving. Democratie betekent regeren door het volk. Het recht om te regeren behoort niet toe aan een enkele persoon of instituut maar aan het volk. Echter als gevolg van het feit dat niet het gehele volk op de regeer stoel kan gaan zitten, vindt er een delegatie van macht plaats. Dus kennen wij de vertegenwoordigende democratie en de directe democratie. Sommigen zijn van mening dat het presidentieel regeer- dan wel bestuurssysteem gerekend mag worden tot een soort van democratie, de presidentiële democratie welteverstaan. Echter in een presidentieel systeem heeft de president veel macht en al is hij direct door het volk gekozen, dan nog staat de macht concentratie in handen van één persoon in schril contrast tot de kern van de democratie, namelijk spreiding van macht. In Suriname is het presidentschap daarom niets anders dan een verkapte vorm van dictatuur, vooral omdat de president niet direct door het volk gekozen wordt, maar via een sluiproute op de stoel gaat zitten. Bij de vertegenwoordigende democratie kiezen we volksvertegenwoordigers aan wie wij de macht delegeren om te beslissen over staatsaangelegenheden. Bij toepassing van de directe democratie kan het volk middels een volksraadpleging, ook wel een referendum genoemd, direct zijn stem laten horen over een bepaald onderwerp. Wij kennen ook wel de radendemocratie dan wel de democratie via volkscomités. Deze hebben vooral in de Volksrepubliek China en het voormalige Joegoslavië gefunctioneerd. In de revolutionaire periode begin jaren 80 in Suriname hebben we ook volkscomités gehad.
Het is algemeen aanvaard dat de democratie het beste (of het minst slechtste) systeem is voor de ordening van de maatschappij. Tezamen met de zegeningen van de vrije markt moeten beide systemen ervoor zorgen dat er vooruitgang (dus welvaart en welzijn) voor de samenleving gerealiseerd wordt. Beide concepties dienen wel op een adequate wijze aangepast te worden aan de eigen omstandigheden. Dat van vooruitgang in heel wat gevallen niet veel terecht komt, is veelal te wijten aan het feit dat regering en gemeenschap op een heel slechte wijze uitvoering geven aan beide concepten. Alles wat met vooruitgang te maken heeft, is immers mensenwerk en aangezien mensen niet volmaakt zijn, de een iets meer of minder dan de ander, krijg je dus onvolmaakte prestaties. Goede prestaties komen niet vanzelf uit de lucht vallen, het is afhankelijk van de wijze waarop men gebruik maakt van de kwaliteit van informatie, kennis en know how, hulpmiddelen en materialen, management en organisatorische capaciteiten. Aan prestaties gaan beslissingen vooraf inzake beoogde doelen, hoe die doelen te bereiken, tegen welke kosten , op welke termijn, etc. Er moeten over allerhande zaken constant afwegingen gemaakt worden. Hoe beter de kwaliteit van die afwegingen, hoe beter de kwaliteit van de discussie erover, hoe beter en efficiënter die doelen dus gerealiseerd zullen worden. Systemen als democratie en een markteconomie zijn systemen van en voor mensen, en gaan pas goed functioneren als ze ook door mensen met de betere visies en ideeën in de praktijk gebracht worden. Het gereedschap van de democratie en van de markteconomie mits goed toegepast kan leiden tot de meest efficiënte en effectieve allocatie en mobilisatie van middelen en talenten uit de samenleving. Deze systemen leveren niet vanzelf goede prestaties. Dat zou ook in tegenstrijd zijn met de wetten van de thermodynamica die het universum beheersen.
Wat noodzakelijk is voor vooruitgang en als een crisis zich voordoet, dat zijn ideeën en visies, en mensen die capabel zijn om deze te begrijpen en te implementeren zodra de mogelijkheid zich voordoet. Uiteindelijk wordt de loop van de geschiedenis bepaald door ideeën, of ze nu juist of onjuist zijn, en door mensen die geïnspireerd door deze ideeën handelen. Om in deze wereld van vandaag juiste besluiten te kunnen nemen, juiste keuzes te kunnen maken, de juiste visies en ideeën te kunnen ontwikkelen en dus een land goed te kunnen te managen, daarvoor is veelzijdige deskundigheid nodig. Waar vaak door velen gesteld wordt dat democratie een beschavingsproduct is en slechts goed gebruikt kan worden door beschaafde en ontwikkelde mensen zien we dus daardoor een delegatie van macht en van zeggenschap naar vertegenwoordigende lichamen waar personen zetelen met veelzijdige deskundigheid
De verzorgingsstaat is ‘de mooiste prestatie van de menselijke en georganiseerde wilsvorming’.
De opeenvolgende uitbreiding van het kiesrecht en de introductie van het universeel stemrecht voor volwassenen had tot gevolg wat een democratie tot gevolg zou hebben voor de gehele wereld: het zette een schijnbaar permanente tendens tot welvaart en inkomensherverdeling in werking. Democratie betekent dus geen concentratie van macht.
De representatieve democratie biedt aan het volk een algemene stem in het overheidsbestuur. In de praktijk hebben beleidsmakers een grote mate van vrijheid om te doen wat ze willen. Dit leidt ertoe dat de afstand en daarmee de vervreemding tussen burgers en haar volksvertegenwoordigers alleen maar groter worden. Zodoende holt een dynamiek die inherent is aan het vertegenwoordigende stelsel zelf, de legitimiteit van de politieke macht uit. De afstand tussen electoraat en kiezers wordt simpelweg steeds groter. Daarom hebben veel beschaafde landen het instrument van een volksraadpleging ingebouwd in hun democratie. Men kent diverse vormen van referenda een adviserende en een wetgevende. In de meeste landen waar referenda toegepast worden kan men met een aantal stemmen (handtekeningen) een referendum aanvragen. In deze landen wordt dus de vertegenwoordigende democratie gecombineerd met de directe democratie. In Suriname loopt de democratie compleet mank. Het kiesstelsel discrimineert etnisch, het is niet eerlijk en rechtvaardig en het brengt volksvertegenwoordigers voort die incompetent zijn om te oordelen over staatszaken. Maar misschien is dat laatste wel de bedoeling van de bedenkers van dit systeem die klaarblijkelijk net uit het bos komen. De mogelijkheid van het houden van een referendum heeft men praktisch dichtgetimmerd door de eis van een absolute meerderheid. Men bespreekt nu een wijziging van het kiesstelsel op het niveau van RR en DR raden. Men wil een rechtvaardiger systeem, men dat is de regering met haar trawanten, de grootste onrechtvaardigheid zit echter bij de verkiezing van de volksvertegenwoordigers en daar doet men absoluut niets aan. Dat toont het lage beschavingsniveau, en de slechte normen en waarden van onze politici aan, de goede niet te na gesproken, en daarmee gaan we daarom van crisis naar crisis. We moeten beseffen dat met dit systeem economische ontwikkeling onmogelijk wordt, wie vooruitgang en een goede toekomst voor zijn nageslacht wil die gaat uiteindelijk moeten kiezen voor verdeling van het land dan wel voor een federale staat.
Richard B. Kalloe