Patrick Kensenhuis: ‘Als ik de Surinaamse regering was, dan zou ik niets doen’

De Surinaamse regering hoeft geen enkel standpunt in te nemen met de erkenning van Juan Guaido als interim president van Venezuela door Brazilië, de Verenigde Staten, Canada en de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS). Tot deze conclusie komt NDP-parlementariër Patrick Kensenhuis. “Als ik de Surinaamse regering was, dan zou ik niets doen”, zegt NDP-parlementariër Patrick Kensenhuis aan Dagblad Suriname. Terwijl negentien landen van Noord- en Zuid-Amerika de legitimiteit van het presidentschap van Maduro niet erkennen, heeft Suriname samen met vijf andere landen tegen de resolutie van de Permanente Raad van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) gestemd. Vele landen in de regio hebben al hun ambassadeurs terugtrokken en sancties ingesteld. In het parlement heeft president Desi Bouterse tijdens de algemene politieke beschouwingen herhaald dat Suriname niet bezig is Venezuela te verdedigen, maar zich aan internationale afspraken en principes houdt. Kensenhuis vindt dat Suriname niet verkeerd heeft gehandeld door tegen de resolutie van de OAS te stemmen, omdat zij altijd het recht heeft een onpartijdige houding aan te nemen en zich niet te gaan mengen in interne politieke aangelegenheden van andere landen.
Oppositie: afstand nemen van Maduro
Ondertussen hebben de gezamenlijke oppositiepartijen VHP, Abop, PL, NPS en DOE de Surinaamse regering in een verklaring oproepen om afstand te nemen van de Venezolaanse president, Nicolas Maduro. De gezamenlijke oppositiepartijen zijn in solidariteit met het volk van Venezuela dat al jaren gebukt gaat onder toenemende verslechtering op politiek-, humanitair- en mensenrechtengebied. Zij roepen de regering op afstand te nemen van president Maduro en aan te dringen op nieuwe verkiezingen met steun van de OAS.
FR

error: Kopiëren mag niet!