‘Met bezieling op weg naar voorspoed’ was het thema van de nieuwjaarsrede van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES) op woensdagavond in de Banquet Hall van Torarica. Jim Bousaid, gewezen algemeen directeur van Hakrinbank NV, gaf tijdens dit drukbezochte evenement een terugblik op het welvaartsverlies van Suriname en daar aansluitend de mogelijke toekomstperspectieven. Daarbij heeft hij de macro-economische kernvariabelen en de effecten daarvan geëvalueerd met behulp van onder andere het IMF staff report van december 2018 over Suriname, alsook de halfjaarrapporten van Planbureau over de lokale en wereldeconomie. “Het is een mooie traditie van VES om aan het begin van elk jaar stil te staan bij de toestand van onze economie, temeer omdat onze vereniging gezag heeft verworven.”
Lichte toename BBP zorgt niet voor stabilisatie
Volgens Bousaid bevat het IMF-document informatie over onder andere de data, prognoses en analyses betreffende de overheidsfinanciën, staatsschuld, monetair beleid en betalingsbalans. Als één van de markante ontwikkelingen in de Surinaamse economie noemde hij de reële groei van het bruto binnenlands product (BBP). “Aan het in 2013 ingezette proces van krimpende groei en afbrokkelende productievolumes, lijkt in 2017 echter een voorzichtig einde te zijn gekomen.” In 2017 nam het BBP met 1,7% toe en in 2018 met 2%. Ondanks deze groei is er nog geen sprake van stabilisatie van het productieverlies, als gevolg van de recessie in de periode van 2015 tot en met 2016. “Bij het thans verwachte groeitempo zal het ongeveer nog 3 jaren duren alvorens deze productie weer op het niveau komt als vóór de recessie in 2014.”
Gebrek aan gedegen saneringsplan
Bousaid verduidelijkt dat de lichte economische groei niet het resultaat is van een gedegen saneringsplan. “De overheidsbegroting 2019 laat een zorgwekkend beeld zien. Opvallend is dat bepaalde politici zich hierover minder zorgen maken.” Hij stelt dat de continuïteit van onder meer de bananensector bedreigd wordt indien Suriname de Economic Partnership Agreement (EPA) met de Europese Unie (EU) niet ratificeert. “Bij ongewijzigd beleid blijven de groeivooruitzichten achter.” Net als de diverse maatschappelijke groeperingen beklemtoont Bousaid eveneens dat een extra impuls aan de productiesector de economische malaise kan verzachten. Zo zou Suriname kunnen profiteren van de mijnbouwindustrie van Guyana waar de verwachtte jaarlijkse groei van de oliebonanza 16% is.
Overheid moet proactieve rol vervullen
Naar zeggen van Bousaid dient er wel terdege rekening gehouden te worden met de mondiale conjunctuur die aan het afzwakken is. “Deze afzwakking kan in 2020/2021 omslaan in een milde recessie door de dreigende handelsoorlogen, verminderde economische integratie, en de afbouw van de fiscale en monetaire stimuleringsprogramma’s.” Dit zal uiteraard een negatief invloed hebben op de Surinaamse export. De prijzen van goud en olie kunnen eveneens onder druk komen te staan. “De verzwakte economie van Suriname zet zich vooralsnog voort, mede omdat de beleidsvoerders te weinig en te laat inspelen op de gewijzigde omgevingsfactoren en te weinig oor hebben voor de onderbouwde adviezen van deskundigen. Laten wij in 2019 meer stappen vooruitzetten op weg naar duurzame ontwikkeling en voorspoed; een anticyclisch begrotingsbeleid is vereist voor macro-economische stabiliteit”, aldus Bousaid.
KSR