In het natuurpark Brownsberg wordt er momenteel zodanig goud gewonnen, dat natuur, milieu en toerisme eronder beginnen te lijden. Deze milieukwestie die momenteel in het land speelt, baart de politicus Curtis Hofwijks zorgen.
Behalve dat hij de schuldvraag legt op de betrokken instanties en organisaties, vraagt hij zichzelf af wat de zogenaamde ‘watch dogs’ van het milieu maken van hun bestaansrecht. Juist in zulke gevallen had Hofwijks de milieuorganisaties liever aan het woord gezien. “Wij leggen de schuldvraag bij de mensen die vervuilen en bij de overheid, maar staan wij er zelf bij stil welke rol de milieuorganisaties hierin vervullen? Dan hebben wij het over het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname (Nimos), World Wildlife Fund Suriname (WWF), Conservation International Suriname en dergelijke organisaties. Horen wij hen wel genoeg? Wat is hun standpunt ten aanzien van de scalians? Het standpunt over het vervuilen van beschermde gebeden, zoals Brownsberg? Wij hebben WWF onlangs gehoord in de kwestie van de vissersboten, maar is het wel voldoende? Wat is hun bestaansrecht als zij praten over duurzaam natuurbeheer. Waar blijven de harde standpunten, zoals ‘regering, dit gaat fout!’”, vraagt Hofwijks zich af.
Volgens Hofwijks worden er door de autoriteiten smoesjes verkocht aan de samenleving in reactie op deze gebeurtenissen. “Je hebt meneer Sleur die in zijn eentje de samenleving probeert te overtuigen dat het niet goed gaat. De natuur is net als ons moeder. Je zult iemand niet toestaan om je moeder te trappen. Waarom doet men dat met de natuur?”, vraagt Hofwijks zichzelf af.
Precies één jaar heeft de bioloog en milieuactivist Erlan Sleur de Brownsberg niet bezocht. Wat hij na een jaar aantrof, heeft hij opgenomen en als viral video online gezet. De video is inmiddels al meer dan 80.000 keren bekeken op facebook. Het water van de Ireneval, te Brownsberg, is sterk vervuild. Wie de video van de oprichter van Stichting Probios heeft bekeken, begrijpt dat hij niet blij is met de ontwikkeling in het natuurreservaat.
Kavish Ganesh