De bijkans 100 boothouders en 125 bushouders van het schoolvervoer hebben vanaf vandaag, dinsdag, het werk neergelegd. Dit, naar aanleiding van het uitblijven van de reguliere betalingen voor de geleverde diensten in december 2018. Dit meldt Mirka Kalloe, penningmeester van de Organisatie van Bus- en Boothouders in Suriname (OBS), aan Dagblad Suriname. Hij spreekt in deze fase nog niet over een lamlegging, maar van een overmachtssituatie. Wanneer de 40% loonsverhoging op uiterlijk 15 januari 2019 niet van de grond komt, zal de overmachtssituatie uitmonden in een complete lamlegging, waaraan ook de NVB-vervoerders zullen participeren. Deze loonsverhoging met terugwerkende kracht (twk) vanaf mei 2016 is een afspraak tussen het bestuur van OBS en de leiding van het ministerie van Openbare Werken, Transport en Communicatie (OWT&C) wederzijds overeengekomen en vastgelegd in de principeovereenkomst van juni 2017. Vanaf dat moment tot heden is deze overeenkomst niet in zijn totaliteit uitgevoerd, wat voor grote ontevredenheid heeft gezorgd onder de leden van OBS. Zo werd in de vorige maand wederom gedreigd met een lamlegging, die per 1 januari 2019 zou ingaan. Ook bij van deze dreiging heeft het ministerie zich niets aangetrokken. De situatie is thans geëscaleerd, waardoor onderwijsgevenden en leerlingen verstoken zijn van schoolvervoer.
KSR
