De leden van de rechtelijke macht gaan niet voorruit in salaris, met de aanpassing van de ambtenaren salarissen. Hun salarissen is voor het laatst in 2015 aangepast. Het Hof van Justitie is echter al geruime tijd terug gestart met het geregeld krijgen van zijn rechtspositie. “Ons salaris moet bij wet worden geregeld. Daar is er al een concept voor bij het parlement”, vertelt waarnemend Hof president Iwan Rasoelbaks. De wet is volgens Rasoelbaks al ruim anderhalf jaar terug ingediend bij het parlement. Zowel het Openbaar Ministerie als het Hof van Justitie heeft de wet al groen licht gegeven. Het wachten is dus op het parlement. “Een tussentijdse verhoging kan altijd natuurlijk”, stelt Rasoelbaks.
Dagblad Suriname vroeg Rasoelbaks concreet als er bij de rechters momenteel een roep of noodzaak is naar/voor salarisaanpassingen. “De rechtspositie moet geregeld worden. Het is vanaf 1975 niet van de grond gekomen. De tijd is rijp dat het nu komt. Dan krijg je de salarissen bij wet. De noodzaak is dus de wet. Dat proberen wij van de grond te krijgen”, aldus de waarnemend Hof-president.
Het gaat hier om de Wet Geldelijke Voorzieningen Rechterlijke Macht met rechtspraak belast en de procureur-general. Het vooronderzoek ten aanzien van dit initiatiefvoorstel was al gestart tijdens de vorige zittingsperiode (2010- 2015). De initiatiefnemers waren Anton Paal, Asiskumar Gajadien en Theo Vishnudatt. Het wetsvoorstel beoogt volgens artikel 141 lid 3 van de Grondwet van Suriname de geldelijke voorzieningen voor de leden van de rechterlijke macht met rechtspraak belast en de procureur-generaal bij wet vast te stellen.
In de Wet Verzelfstandiging Rechtelijke Macht (een ander wet), zal ooit ook de rechtpositie van de rechtelijke macht verweven (moeten) worden. Die is echter nog niet aan de orde. De bedrijfsvoering van de rechterlijke organisatie, personeel, informatie, organisatie, financiën, automatisering en huisvesting zijn in handen van het ministerie van Justitie en Politie. Als gevolg van veranderde omstandigheden op het gebied van de bedrijfsvoering van gerechten en voortschrijdend inzicht ten aanzien van de institutionele onafhankelijkheid ook van de rechterlijke organisatie is handhaving van de status quo allang niet meer wenselijk.
Er zijn momenteel 19 rechters, terwijl er volgens de Wet op de Inrichting en Samenstelling van de Rechterlijke Macht minimaal 40 rechters zouden moeten zijn. Ook naar internationale maatstaven is het huidige aantal rechters ver beneden algemeen aanvaardbare norm. Deze chronische onderbezetting leidt tot ongewenst lange doorlooptijden en onaanvaardbare achterstanden. Daarnaast is sprake van geen of onvoldoende juridische ondersteuning aan de rechter. Duurzame verbetering in de status quo vereist simultaan en onafgebroken uitvoeren van verschillende opleidingen en het treffen van flankerende beleidsmaatregelen.
Elke tot nu toe uitgevoerde Raio Opleiding Zittende Magistratuur is gestart met een lichting van gemiddeld 10 deelnemers en heeft gemiddeld 5 rechters afgeleverd. Uitgangspunt vooralsnog is dat de 2-jarige Rio Opleiding Zittende Magistratuur zal starten met een lichting van 5 deelnemers en circa 2 rechters zal afleveren. Uitgaande van de huidige ontwikkelingen ligt het in de verwachting dat Suriname tegen het jaar 2032 36 rechters heeft. In 2019 zullen er mogelijk al 2 bij zijn.
Kavish Ganesh