President Ram Nath Kovind
Het bezoek van President Ram Nath Kovind (71 jaar oud) van India aan Suriname is van grote betekenis en moet leiden tot nauwere banden tussen beide landen. Ram Nath Kovind is van huis uit advocaat die zowel bij het Hooggerechtshof (High Court) in Delhi als bij het Indiase Hooggerechtshof (Supreme Court) heeft gewerkt. In de afgelopen twee jaar was hij gouverneur van de deelstaat Bihar. Van 1996-2006 was hij lid van het Indiase Hogerhuis (Rajya Sabha). Van 2010-2012 was hij woordvoerder van de nu aan de macht zijnde Bharatiya Janata Party (BJP) van premier Narendra Modi.
Het nieuwe India
Premier Modi en President Kovind drukken steeds meer hun stempel op de politieke en economische geschiedenis van India als zijnde de meest populaire politieke leiders van de voorbije decennia. India is zowel economisch als maatschappelijk in beweging. India maakt vanaf 1991 een periode van snelle economische groei door o.a. middels het liberaliseringsbeleid, een meer marktgerichte – opener economie, versoepeling van import-export bepalingen, devaluatie, het inwisselbaar maken van de rupee en daadwerkelijk bestrijding van corruptie. Verder zijn de regels voor buitenlandse investeerders versoepeld. Buitenlandse bedrijven mogen tegenwoordig grotere belangen nemen in Indiase ondernemingen dan voorheen. Zonder twijfel wordt een extra impuls geleverd door de politieke stabiliteit, het hervormingsproces en de ondernemingsvriendelijke houding en het investeringsbeleid. De hervormingsgezinde attitude, ondernemingsvriendelijke houding en investeringsbeleid beleid uiten zich in de verbetering van het bedrijfsklimaat in een hoger beleggersvertrouwen met gestage stijging van de directe buitenlandse investeringen.
Booming economie
Veel mensen denken bij India aan een arm en overbevolkt land. Het is een land met een zeer rijke beschaving. Het land is eeuwen lang door “invaders” leeg geroofd. De laatste invader was United Kingdom (Engeland). Dit land heeft India vanaf de achttiende eeuw tot en met de negentiende eeuw overheerst. Veel geld, goud en diamanten uit India zijn weggehaald middels het heffen van belastingen op landopbrengsten, export van hoogwaardige specerijen, katoen, textiel en andere tropische producten. Miljoenen Indiërs werden tot op het bot uitgezogen. Op 15 augustus 1947 verkreeg India haar staatkundige onafhankelijkheid en is nog steeds de grootste democratie ter wereld. De geschiedenis van een halve eeuw parlementaire democratie in India is vooral het verhaal van de Congrespartij van de Gandhi-dynastie.
Gestart werd met een eigen ontwikkelingsmodel aangeduid als Self Reliance, ontwikkeling op eigen kracht en heel veel aandacht, beleid en investeringen in, aan verhoging van de landbouwproductie om de bijkans 1.3 miljard inwoners voedselzekerheid te verschaffen. India heeft haar grenzen voor buitenlandse investeerders geopend. India is een belangrijke handelspartner van o.a. Nederland. India importeert jaarlijks ruim 4 miljard euro aan goederen uit Nederland en Nederland exporteert jaarlijks 1.5 miljard euro aan goederen naar India. Eind 2006 hadden Nederlandse bedrijven voor 1.5 miljard euro in India geïnvesteerd (cpb.nl).
De grootste successen boekt India momenteel in kapitaal extensieve en kennisintensieve bedrijvigheid zoals bijvoorbeeld de software-industrie. In tien jaar tijd is de totale waarde van de Indiase software bedrijvigheid gestegen van tien miljoen dollar in 1986 tot 1.5 miljard dollar in 1996. De sector groeit nu met meer dan 50 % per jaar. Met een gunstige prijs-kwaliteit verhouding zijn de Indiase bedrijven zeer concurrerend op de wereldmarkt. De Indiase ontwikkelaars zijn goed geschoolde vakmensen en ze zijn Engelstalig. Cpb.nl schrijft:…” door de economische hervormingen, waaronder het vrijer maken van de buitenlandse handel, is het Indiase inkomen per hoofd van de bevolking sinds 1980 verdriedubbeld en is de armoede gehalveerd. Na 2000 is de economische groei verder opgelopen tot gemiddeld 7 % per jaar. Hierdoor is India nu in omvang de derde economie van de wereld. De uitvoer van diensten is in de afgelopen tien jaar verviervoudigd en is daarmee een belangrijke aanjager van de groei…”
(cpb.nl).
Suriname – India
Vanaf 1975 was in het kader van het Nederlandse hulpverdrag met Suriname ruime beschikbaarheid van deviezen. Hierdoor bestond er geen noodzaak om de lokale productie-export te ontwikkelen, want alles kon geïmporteerd worden. Opeenvolgende regringen hebben nagelaten om de lokale productie systematisch, structureel en duurzaam te bevorderen. Er is nooit een consistent productie –export beleid en een geïntegreerd industriebeleid gevoerd. Dit is eveneens te zien in de agrarische sector, de agro business en onze droom van “voedselschuur” Suriname. Onze ondernemers zijn geen productie-ondernemers maar zakenlieden die importeren en distribueren. Onze zakenlieden zijn niet in staat een investeringsrelatie met India, China en andere landen op te bouwen. Onze zakenlieden zijn “shoppers’ in agentschappen en grossieren in agentschappen. Ook in de handels- en investeringsrelatie met India was en is dat goed te zien.
Er waren en er zijn monopolisten met politieke netwerken tot in de leiding van politieke partijen , die grossierden in agentschappen met bedrijven in India met als beloning een commissieloon van 15 % per geïmporteerde item van deze Indiase bedrijven. Een handels- en investeringsrelatie Suriname – India tussen ondernemers van beide landen is hierdoor nooit gerealiseerd. Ook niet met onze grootste handelspartner China. Onze zakenlieden zijn meester onderhandelaars en professionals in het verwerven van agentschappen en import –distributie van goederen. Bij voorkeur “hofleveranciers” van de overheid, staatsbedrijven en multi-nationals o.a. kantoormeubilair, kantoormachines, elektronica, voertuigen enz…). Onze bankiers noemen dat “schuiven” met goederen.
Rudie Alihusain
..” In 1992 kreeg Suriname de eerste creditline van India, zijnde een bedrag van 50 miljoen rupees . Daarna volgden meerdere creditlines , in totaal ruim 100 miljoen Amerikaanse dollars. In maart 2003 kwam de India Suriname joint statement tot stand. India zou in het kader van de zuid –zuid samenwerking Suriname op vele gebieden van dienst kunnen zijn bij de ontwikkeling van verschillende sectoren, zoals landbouw, luchtvaart, gezondheidszorg, onderwijs en communicatie, terwijl Suriname een nieuwe kredietlijn kreeg van 10 miljoen Amerikaanse dollars. Afgesproken werd dat het bedrijfsleven van de twee landen een joint business council zou opzetten. Niet onvermeld mag blijven dat enkele jaren geleden één onzer assembleeleden (Rashied Doekhie) , na een bezoek aan India wist te melden, dat een enorm groot bedrag dat door de Indiërs ter beschikking is gesteld, niet is gebruikt door Suriname.
Onderzoek hiernaar is uitgebleven !
Aldus Rudie Alihusain.
Leendert Doerga