“Of het inderdaad gebeurd is of niet, moet jij weten. Als het inderdaad gebeurd is, zal de straf van ergens anders komen”, zei kantonrechter Dinesh Sewrattan gisteren bij het motiveren van het vonnis in de strafzaak van de notoire recidivist Jonathan Mijland. Hij is bij gebrek aan bewijs vrijgesproken voor twee gevallen van diefstal. Beide strafbare feiten speelden zich af op 5 oktober 2017. Het eerste geval speelde zich af in een bar aan de Watermolenstraat. Volgens de benadeelde was hij daar met een nicht, toen een manspersoon van Marron komaf SRD 4000 uit zijn hemdzak haalde en dit uit het raam gooide. Hierna rende hij weg, waarna de verdachte later samen met een comparant het geld buiten opraapte en vertrok. Het tweede geval gebeurde enkele uren later op het parkeerterrein van de Centrale Markt. Volgens deze benadeelde was hij bezig te dobbelen, toen hij Mijland zag en ruzie met hem kreeg. Tijdens deze ruzie zou Mijland kans hebben gehad geld uit zijn zak te nemen. Mijland gaf toe op beide plaatsen aanwezig te zijn geweest, maar ontkende te hebben gestolen. Volgens hem is hij vaker veroordeeld voor mishandeling en bedreiging, maar nooit voor diefstal omdat het gewoonweg fysiek onmogelijk voor hem is. “Ik ben inderdaad geen lieve jongen, ma mi no sabi sang na roof. Mi futu srefi no bung, dus pe mi go long?”, stelde hij. Opmerkelijk volgens zijn raadsman Harold Belfor waren de vele twijfels in getuigenverklaringen. Vooral vanwege het feit dat de dader van marron komaf is, terwijl Mijland van Creoolse komaf is. Al deze twijfels werden uiteindelijk vertaald in vrijspraak voor Mijland.
FR
