“Ahilia Welles heeft niveau ver boven LO-akte”

Het ontslaan van de leraren door de onderwijsminister Robert Peneux is momenteel een heet hangijzer. Ahilia Welles, die inmiddels geen onbekende is binnen het onderwijs, behoort eveneens tot de categorie leraren die met een dienstbeëindiging geconfronteerd is. “Dit is het resultaat van rancune. Zij is aangepakt omdat zij geprobeerd heeft om de leerkrachten bewust te maken van hun rechten”, beklemtoont vakbondsleider Wilgo Valies tijdens de protestvergadering in Stichting Mata Gauri. Hij deelde mee dat de voorbereidingen van dit ontslag reeds op het Instituut voor de Opleiding van Leraren (IOL) werden getroffen. “Een half jaar geleden is ze begonnen met haar thesis. Ze heeft praktisch al haar tentamens voor de MO-A opleiding behaald.” Desondanks werd het proces van afstuderen keer op keer gesaboteerd.
Onderdrukking van studenten door IOL-leiding
Welles fungeerde als leerkracht op een Evangelische Broeder Gemeente in Suriname (EBGS) school. “De directeur van de EBGS en de opleidingscoördinator zijn vriendinnen.” Dit zorgde ervoor dat de sabotage vlekkeloos kon geschieden. “Toen mevrouw Welles met haar activiteiten begon en haar stukken inleverde, werd er een grote streep (zonder te beoordelen) doorheen getrokken.” Valies benadrukt dat Welles aan alle eisen voldoet om te opteren voor een LO-akte, welke (minimaal) belangrijk is om legaal lessen te kunnen verzorgen. “Ze heeft zelfs een niveau ver boven de LO-akte. Maar nu zegt men dat je alles van de MO-A moet laten vervallen om die LO-akte te kunnen krijgen. Dit verhaal geldt niet alleen voor mevrouw Welles, maar voor die hele groep die aan het afstuderen is!” Valies beklemtoont dat dergelijke taferelen opzettelijk in het ‘spel’ worden gebracht, aangezien er in 2014 besloten was dat elk student van de MO-A opleiding in de gelegenheid gesteld wordt om voor een LO-akte te opteren, onder bepaalde voorwaarden. “Het vaktechnisch en beroepsgedeelte moeten behaald zijn om voor de klas te kunnen staan. Dit betekent dat de studenten vanaf 2015 over hun LO-diploma kunnen beschikken.” Echter heeft dit vanwege de “rancune en onderdrukking” geen gestalte kunnen krijgen.
Welles heeft 4 jaren doorgebracht op MO-A Spaans opleiding
Welles zegt in gesprek met Dagblad Suriname dat het 23 studenten betreft die voor een LO-akte moeten opteren om het ontslag te voorkomen. “Sinds het collegejaar 2013/2014 had men de mogelijkheid om in aanmerking te komen voor de LO-akte, maar nu geeft men aan dat dit alleen mogelijk is wanneer wij onze MO-A opleiding opnieuw doen.” Welles deelde mee dat de taalkundige opleidingen een studieduur hebben van 4 jaren. “Ik ben begonnen in 2010/2011, maar ik heb een jaar pauze gehad vanwege mijn huiselijke situatie. Ik heb dus 4 jaren over mijn studie gedaan, maar de minister doet overkomen alsof ik een eeuwige student ben!” Het uitgeven van verklaringen door de directeur van het IOL werd gedaan doordat de opleidingscoördinator “draalde” met het finaliseren van de stukken voor het verkrijgen van de LO-akte. “Voor eind augustus moest dit ingediend worden, maar tot de dag van vandaag is dit niet het geval. Daarom heeft de IOL-directeur een verklaring uitgeschreven waarin staat dat wij reeds onze LO-akte hebben behaald. Van de overige 22 studenten die zo een verklaring hebben ontvangen, ben ik bovendien de enige die ontslagen is.”
Peneux heeft geen ruimte voor onbevoegde leraren
De minister gaf tijdens de persconferentie te kennen dat er uitsluitend met bevoegde leraren gewerkt wordt binnen het onderwijs. “Als een leerkracht ontslagen is, betekent het dat de persoon niet meer in het systeem zit. Dus op 2 oktober 2017 zullen wij doorgaan met leerkrachten die in het systeem zijn. Wanneer de cijferlijsten boven water zijn gekomen, kan ik uitgaan dat er een diploma is behaald, maar een verklaring zegt mij nog niets.” Peneux gaf daarbij een toelichting waarom een dergelijke verklaring niet acceptabel is. “De praktijk leert dat een student van het IOL een verklaring kan aanvragen bij de directeur op basis van het inschrijvingsbewijs, maar de directeur weet nog niet of de studenten de lessen volgen. Pas als de cijferlijst is ondertekend door de (adjunct) opleidingscoördinator is het een valide stuk. Zo werkt dat systeem.” Volgens de minister kan er in zulke gevallen niet gesproken worden over een outsourcing beleid. “Het onderwijs is een professioneel beroep waarbij we werken met het cognitief vermogen en kennis van kinderen. U zou toch niet van een halve dokter medische behandelingen willen? Als we horen dat een piloot geen vaardigheden en brevet heeft, gaan we toch ook niet in het vliegtuig springen? Daarom ga ik uit van bevoegdheden die mensen op papier kunnen tonen.” De minister is van mening dat zaken wel in heroverweging genomen kunnen worden, mits het diploma behaald is. Het is vermeldenswaard dat er tijdens de persconferentie geen woord is gerept over het duperen van studenten door de opleidingscoördinatoren en wat het ministerie eventueel daartegen zal doen.
KSR