Welzijn: ‘Overheid kan niets doen aan olieprijs’

Ambtenaar Financiën dokt beschikking aanpassingAan de hand van de reacties en opmerkingen uit het naaste verleden had men verwacht dat de overheid tegen eind augustus een beter model zou lanceren voor de vaststelling van de benzineprijzen bij de pomp. Helaas laat dit model nog op zich wachten. Minister Ferdinand Welzijn van Handel, Industrie en Toerisme heeft het eerder al in een discussie met Dagblad Suriname gehad over de prijsschommelingen op de oliemarkt (lokaal en internationaal). De laatste prijsschommeling op de oliemarkt heeft wederom voor verrassingen gezorgd bij consumenten (zowel individuen als ondernemers). Welzijn benadrukt wederom dat de overheid maar een prijsnemer is. De overheid heeft niets meer te doen met de olieprijzen. “Het zijn prijzen die wij krijgen van de oliemaatschappijen. Wij verifiëren het alleen. De overheid kan niets doen aan de olieprijs. Het is een wereldmarktsituatie. Dit is overal in de wereld zo waar er olie wordt gebruikt”, stelt Welzijn.
Er zou eind augustus een concreet nieuwe structuur moeten zijn ontwikkeld voor de prijsbepaling. De roep hiervoor komt van zowel de samenleving als via het parlement. Een voorstel van de oliemaatschappijen is er nog niet. “Ik heb nog geen concreet voorstel van de oliemaatschappijen gehad over hoe zij dit zullen aanpakken. Zolang dat nog niet het geval is, zullen wij blijven schommelen met de prijzen”, stelt Welzijn. De ene keer een daling en de andere keer een verhoging. Dit is het model waar de consument voorlopig mee door het leven zal moeten gaan.
Welzijn maakt aan de andere kant wel een kanttekening voor grootverbruikers. Die zouden in beginsel geen last mogen ondervinden van deze prijsschommelingen. Die zouden volgens Welzijn wel langtermijn planningen kunnen maken. “Een kleine verbruiker zal misschien minder rijden als de olie duurder is. Een grote afnemer als bijvoorbeeld een distributeur gaat niet elke dag bij de pomp. Die zou met een oliemaatschappij of pomphouder een afspraak kunnen maken over wat zij gemiddeld verbruikt. Dan weet men wat het gemiddelde is dat men betaalt en wat de marge is die men kan verdragen en wat men eventueel apart op de consument kan verhalen”, stelt de minister.
Welzijn benadrukt dat het aan de grote ondernemers ligt om zelf afspraken te maken met de pomphouders of oliemaatschappijen. De bewindsman is de mening toegedaan dat de overheid voor deze ondernemers geen afspraken kan maken met oliemaatschappijen. “Anders moet ik voor hen de pompprijs vaststellen, en dat kan nooit de bedoeling zijn. Ik zal ze moeten dirigeren. De oliemaatschappijen kopen hun olie tegen een bepaalde prijs in. Waarom moeten wij bepalen tegen welke prijs zij het aan de consument brengen? De overheid neemt ook olie af, en betaalt daarvoor de zelfde prijs die de consument betaalt”, stelt Welzijn. De prijs van benzine moet in een nieuw uitgebalanceerd model in samenspraak met de oliemaatschappijen tot stand komen. Het ministerie verwacht nog steeds voorstellen hierover van de oliemaatschappijen te zullen ontvangen. Sinds april 2017 stelt het ministerie de prijs bij de pomp niet zelf vast.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!