“Dit is het toppunt van amateurisme!”, is het eerste wat de onderwijsdeskundige, Soenderpersad Hanoeman, binnenschiet ten aanzien van de verklaring van Ashok Rambali, onderdirecteur Beroepsonderwijs op het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (Minowc). Rambali heeft onlangs via een lokale nieuwssite te kennen gegeven dat het besluit om nieuwe examens voor de afgewezen leerlingen van het Lager Beroeps Onderwijs (LBO) te implementeren, het resultaat is van de evaluatie van de LBO-schoolleiders. Het betreft hier uitsluitend de theoretische vakken, te weten Algemeen Vormend Onderwijs (AVO). Dit betekent dat de afgewezen leerlingen van de praktische vakken niet aan bod komen voor nieuwe examens. Hanoeman kan zich niet indenken dat de schoolleiders gezamenlijk ingestemd hebben met dit ondoordacht besluit. “Er zijn namelijk 3 belangrijke momenten geweest om in te kunnen spelen op de situatie.” Deze momenten waren tijdens de training van de LBO-directeuren. “Er zijn bovendien 3 kwartalen. Men had van tevoren moeten nagaan wat de problemen zijn en niet aan het einde van de rit!” Door dergelijke taferelen is het onschuldig kind compleet de dupe geworden.
Theorie is doorslaggevend voor praktijkbeoefening
Wat volgens de onderwijswetenschapper een groter lariekoek is, is het bevoordelen van de leerlingen die juist de theoretische vakken niet hebben behaald. Er is namelijk een grote correlatie tussen theorie en praktijk. “Als men de theorie niet goed beheerst, is het onmogelijk dat je de praktische vakken zal behalen. Indien de praktische vakken toch behaald zijn, kan dit betekenen dat er gesjoemel heeft plaatsgevonden op de LBO-scholen”, concludeert Hanoeman. Hij zou het daarom verstandiger vinden als de onderwijsminister, Robert Peneux, besloten had om in plaats van de theoretische vakken, bij de praktische vakken nieuwe examens in te lassen.
Vicieuze cirkel van achterstanden in leerstof
Aangezien het ministerie gepland heeft om de nieuwe examens uiterlijk 30 oktober 2017 af te nemen, bestaat bovendien het risico dat de leerlingen ook nadat ze geslaagd zijn geconfronteerd worden met een achterstand op hun vervolgopleiding. “Het gaat om kinderen die reeds zwak zijn. En zij krijgen dan een stagnatie van een maand. Welke wonderen zullen zowel het ministerie als de kinderen verrichten om de achterstanden in te lopen?”, vraagt de onderwijswetenschapper zich af. Met de huidige aanpak van het ministerie worden de problemen op de LBO-scholen dus niet verholpen.
KSR
