Het is Amazone Resources(AR) sinds haar intrede op de Surinaamse markt, nog steeds niet gelukt om de voorgenomen waterexport fysiek op te starten en te realiseren. Valerie Refos-Lalji, die momenteel voor directeur Dave Abeleven waarneemt op het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen (NH), heeft dit ook bevestigd. Zij stelt dat deze vertraging met twee aspecten te maken heeft. Ten eerste is de nodige wetgeving hier omtrent nog niet in orde. Aan de andere kant moet AR zelf ook nog wat huiswerk in orde maken om op de Surinaamse watermarkt te kunnen opereren. “Wetgeving is uiteraard belangrijk, maar ik zou heel voorzichtig wel willen zeggen dat dit niet het enige is dat het bedrijf ophoudt om haar doel te realiseren”, stelt zij.
AR moet bijvoorbeeld nog een Milieu en Sociale Effecten Rapport uitbrengen. Om uiteindelijk op markt te kunnen opereren, zal het bedrijf dit rapport ter beoordeling moeten presenteren. De resultaten van dit rapport zijn van belang om uiteindelijk vast te kunnen stellen of de operaties wel kunnen worden toegestaan.
Voor wat wetgeving betreft is het ministerie volgens de waarnemend directeur al goed op weg. “Wij hebben al wetten in concept klaarliggen. Wij hebben een aantal conceptwetten die AR zullen helpen om hun zaken in orde te krijgen. Wij hebben regelgeving waaraan er voldaan moet worden. Er zijn richtlijnen voor hoe zo een onderneming zich zou moeten gedragen en waar zij zich aan zou moeten houden”, stelt Refos-Lalji.
Er kon door NH nog geen concrete tijdslijn worden aangegeven voor de realisatie van de wetgeving. Refos-Lalji hoopt dat met de huidige inspanningen de wetten van het jaar nog, het parlement kunnen bereiken. Wetgeving is niet alleen voor AR van belang, maar voor een ieder die in de water business zit en wilt zitten. De wetgeving zal de overheid meer tools moeten bieden om de sector te reguleren.
Samen met Surinaamse partners, deed AR vorig jaar een mandenlange studie, om de technische haalbaarheid voor Surinaams waterexport in kaart te brengen. Het ging hierbij om de mogelijkheden voor de export van het overschot aan zoetwater, waar andere landen grote behoefte aan hebben. De resultaten van dit onderzoek waren positief. In dit kader werd ook met veel onzekerheid bekendheid gegeven aan de eerste testvaart van de onderneming. Echter bleek al gauw dat noch de onderneming, noch de Surinaamse overheid gereed zijn om waterexport te realiseren.
De vraag of waterexport duurzaam is voor Suriname, of gezond is voor onze waterbronnen, het milieu of voor de samenleving (ook toekomstige generaties) is nog steeds niet beantwoord. Dit vergt nader onderzoek.
Het onderwerp van waterexport was volgens het Water Forum Suriname(WFS) één waar er voorzichtig mee moet worden omgegaan. “Wij kennen dit niet. Wij hebben nooit water geëxporteerd. Ook in de wereld heb je niet veel landen die water exporteren. De effecten van het onttrekken van water aan jouw eigen watervoorraden is dus voor Suriname vrij nieuw”, zei Manoj Hindori van de WFS in een eerder interview aan de krant.
Hij erkende dat waterexport positieve perspectieven biedt aan de Surinaamse economie. Een aantrekkelijke bestemming voor financiering zou hij het pas noemen als er inderdaad duidelijkheid komt in de effecten op zowel sociaal gebied als op ons milieu.
Op 22 november 2016 is het laatste grote onderdeel van de testvaart met de FlexTank van AR gelanceerd, het transport van zoetwater vanaf Suriname naar Barbados. AR had een techniek ontwikkeld waarbij zoetwater uit rivieren in grote volumes vervoerd kan worden door het voortslepen van een waterzak. De FlexTank-techniek werd op 17 november 2016 voor het eerst uitvoerig getest in Suriname. De resultaten van deze test zijn niet bekend gemaakt.
Indien de testvaart goed zou verlopen zou Auke Piek, directeur AR, het in het eerste kwartaal van 2017 bijzonder druk hebben om nog een financieringsronde te doen. “En dan hebben wij het over €20 tot €50 miljoen”, zei Piek een dag voor de lancering. Dit geld zou worden geïnvesteerd in infrastructurele werken. Piek stelde echter dat AR nog een lange weg te gaan had.
Kavish Ganesh