Vakbondsleider Murwin Leeflang maakte bekend dat de contractanten die na het vertrek van Suralco zonder werk kwamen te zitten, na onderhandelingen hun geld hebben ontvangen. “Als vakorganisatie vertegenwoordigen we de groep die het juist heel erg slecht had bij het vertrek van Suralco namelijk de contractanten oftewel de uitzendkrachten. Die groep bestond uit bijkans 2.990 mannen die vervolgens 20-25 dienstjaren achter de rug hadden. Wij van de bond hebben ons gebogen over het feit hoe deze mensen een zachte landing zouden kunnen krijgen. De mensen die in vaste dienst waren, stonden goed, omdat hun zaken geregeld waren binnen de cao. Het waren de arbeiders die op contractbasis waren aangenomen voor wie er niets geregeld was. We hebben samen met een commissie die door de leiding van Suralco in leven werd geroepen, naar de mogelijkheden gekeken.” Hoewel de bond de bedragen gestort niet bekend wilde maken aangaande arbeiders hun privé niet bloot te stellen, gaf Leeflang aan dat de bedragen gestort toch behoorlijk zijn, vanwege het feit dat de mensen niet in vaste dienst waren. “Als mens ben je nooit tevreden maar je moet eerlijk zijn want deze mensen waren niet in vaste dienst bij de Suralco. Overall kunnen we best wel tevreden zijn. De mensen die in dit kader het meest voordelig zijn uitgekomen, zijn die met de meeste dienstjaren.”
Deze groep uitzendkrachten kunnen verdeeld worden in zeker 3 groepen. De eerste groep bestaat uit een groep die direct in aanmerking is gekomen voor een baan vanwege hun specialiteit. Bepaalde bedrijven hebben deze mensen gelijk opgenomen, zoals bij Staatsolie, Newmont en Surgold. De tweede groep is een eigen onderneming gestart of heeft elders werk gevonden. “Overgebleven is die derde groep die niets kon vinden, omdat de specialisaties die zij hadden daar buiten niet zo gemakkelijk gezocht zijn. Deze groep bestaat uit bijna 56% van de 2990 mensen. De bond is sowieso nog bezig de contacten binnen bepaalde bedrijven te bekijken om deze groep te kunnen accommoderen. Ik ben toch blij dat het ministerie van Arbeid op dit gebied een mogelijkheid heeft geschapen om hen te kunnen registreren voor een baan. Het was toch een hulp voor degenen die naar werk zochten”, aldus Leeflang.
