“Als een onderwijsinstituut in het leven wordt geroepen, betekent het dat er behoefte daaraan is. Behoefte en noodzaak vormen twee belangrijke begrippen binnen het onderwijs. ‘Behoefte’ aan onderwijs is er altijd, maar bij de ‘noodzaak’ daarvan dient iets plaats te vinden anders ontstaan er problemen. Avond Imeao moet men beschouwen als een second chance; toen dit in het leven werd geroepen was het geen behoefte, maar een noodzaak.” Dit zegt de onderwijsdeskundige Soenderpersad Hanoeman in gesprek met Dagblad Suriname ten aanzien van de afbouwregeling die het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (MinOWC) heeft getroffen voor de avondopleiding van het Instituut voor Middelbaar Economisch en Administratief Onderwijs (Imeao). Vanaf het schooljaar 2017/2018 kunnen gegadigden zich niet meer inschrijven op Avond Imeao.
Hanoeman beklemtoont dat een onderwijsinstituut slechts opgeheven kan worden, indien de animo ervoor aanzienlijk gedaald is. “Dit moet bovendien statistisch bewezen worden.” Daarnaast dient het ministerie na te gaan of het Avond Imeao ook in de toekomst noodzakelijk zal blijven. “Als het niet noodzakelijk is, kan men inderdaad tot het besluit komen om de tent te sluiten.” Een opleiding moet namelijk rendabel kunnen blijven. “Echter moet het ministerie in zo een geval een motivatie geven.” Naar zeggen van Hanoeman is het beargumenteren van de sluiting van het onderwijsinstituut cruciaal om geen “wilde gedachten” in de maatschappij te lanceren. Tot nog toe is er geen officiële verklaring gegeven vanuit het ministerie. “Dit is een verschrikkelijke omissie van de overheid”.
De onderwijsdeskundige is van mening dat er in een dergelijk geval een afbouwperiode in acht genomen dient te worden om te voorkomen dat studenten in het ongewisse geplaatst worden. “Als je in het eerste leerjaar zit, moet men tenminste een afbouwperiode van drie of vier jaren in stand houden voordat men de opleiding wil opdoeken. Een student schrijft zich namelijk in met een bepaald toekomstbeeld.” Daarnaast is het van belang om een ander alternatief aan te bieden aan de studenten. “Als dit niet gebeurt, is het ministerie zeer onverantwoord bezig.”
KSR
