Hoefdraad blijft erbij: “Het ergste is voorbij”

Minister Gillmore Hoefdraad van Financiën is ervan overtuigd dat de financieel-economische situatie van het land dit jaar een grote vooruitgang zal boeken. De bewindsman heeft dinsdag tijdens de openbare DNA-vergadering een uiteenzetting gegeven over zijn verwachtingen. De minister voerde aan dat het overheidstekort drastisch op de terugweg is. Deze verbeterde van bijna 10% in 2015 naar 5,6% in 2016. Voor 2017 wordt er een overheidstekort verwacht van rond de 4,5%. Hoefdraad is ook optimistisch over de afnemende maandelijkse inflatie. Was deze in oktober 2016 nog rond de 0,9%, is de maandelijkse inflatie dit jaar gemiddeld op 0,8%. De lopende rekening van de betalingsbalans vertoont volgens hem ook een overschot. In het laatste kwartaal 2016 was het positief rond de USD 45 miljoen-plus. Ook voor het eerste kwartaal in 2017 worden positieve resultaten verwacht. De bewindsman verwacht hier het dubbele van het laatste kwartaal van 2016, ongeveer USD 90 miljoen. “Het ergste is voorbij. De inflatie is onder controle, de wisselkoers is vrij stabiel, we praten over een positief resultaat op de lopende rekening en de reserves gaan een stijgende trend blijven vertonen”, aldus de minister. Het toekennen van salarisverhogingen zijn volgens hem daarom deels uit inkomstenverhogende maatregelen en deels aangezien de economie zal aantrekken en de nodige extra inkomsten zal genereren.
Regering had binnen een jaar verwacht economie op rails te krijgen
Hoefdraad blijft erbij dat Suriname gezien de huidige ontwikkelingen niet meer in aanmerking zal komen voor betalingsbalanssteun van het Internationaal Monetaire Fonds (IMF). Hij ontkent dat de regering bewust de Standby Arrangement heeft getekend om alleen maar aan het geld van het fonds te komen. “The economy is not written in stone. Op een bepaald moment was het nodig om met het IMF in zee te gaan, maar wij hebben de economie op de poten kunnen brengen. De nood voor betalingsbalanssteun is inmiddels voorbij. Door de grote beleidsinspanning voor stabilisatie en het opklaren van een aantal andere factoren, zoals de investeringen binnen de economie en het bemachtigen van andere externe financiële investeringsbronnen, is de economie in veel beter vaarwater gekomen dan wij gedacht hebben”, stelde de bewindsman. Volgens hem had de regering reeds bij het sluiten van de overeenkomst aangenomen dat het ongeveer een jaar zou kosten om de economie weer op rails te brengen.
Bepaalde doelstellingen IMF eerder gehaald
De Financiënminister is tevreden dat het land bepaalde zaken zelfs voor de gestelde 2 jaren van het IMF heeft kunnen realiseren. Het gaat volgens hem hier om het spaar- en stabilisatiefonds, de verbetering op de lopende rekening van de betalingsbalanssteun en het hebben van een overheidstekort dat zelfs lager is dan het voorstel van het IMF. Het enige waarover er problemen bestonden, was ten aanzien van de subsidies. Dat was volgens hem een politieke beslissing. Hij verwacht hierbij ook een positieve ontwikkeling voor wat betreft de credit ratings.
Rentebetalingen obligatielening zonder problemen
Wat de obligatielening van USD 550 miljoen betreft, zei Hoefdraad wederom dat oliemaatschappij Staatsolie deze investering dringend nodig had, waardoor besloten werd naar de internationale kapitaalmarkt te gaan. Het staatsbedrijf heeft thans een betalingsovereenkomst met de regering. “Staatsolie betaalt terug aan de staat en dit wordt gestort op de rekening van de staat. De eerste rentebetalingen zijn zonder problemen geweest”, aldus Hoefdraad. De bewindsman benadrukte dat een IMF-lening niet aan een bedrijf kan worden gegeven, omdat deze specifiek bedoeld is voor de CBvS als betalingsbalanssteun. Daarom moest de regering een iets duurdere lening opzoeken. Hij ontkende ook dat de overheid plannen heeft om in het Pensioenfonds van het staatsbedrijf te graaien.
Goedkope leningen
Hoefdraad benadrukte dat de overheid op dit moment geen problemen heeft om de uitstaande leningen af te lossen. “Wij lenen op een verantwoorde manier”, stelde hij. Hoefdraad voerde aan dat de regering slechts in twee gevallen naar de internationale kapitaalmarkt is gestapt. De eerste deal was een bedrag groot USD 86 miljoen van het Oppenheimer Fonds dat genomen was om een acuut probleem op te lossen. De tweede was de staatsobligatie. Hiermee werd ook de eerste lening afgelost. “Dit zijn de concessionele, goedkope leningen die wij aangaan zodat wij de capaciteit hebben dit te kunnen terugbetalen”, aldus Hoefdraad.
FR

error: Kopiëren mag niet!