Het ministerie van Handel, Industrie en Toerisme (HI & T) heeft zich ten doel gesteld om de innovatie en internationale marketing tot een cultuur te maken binnen de bedrijfsvoering in Suriname. Dit houdt in dat de bedrijfsvoering aan een verandering onderworpen dient te worden, zodat de productassortimenten ook een concurrentieaspect met zich kunnen meebrengen in de grote markten van Noord-Amerika en Europa. Om dit te realiseren, zullen de ministeries gezamenlijk stappen ondernemen om industrieparken te vestigen, waardoor ondernemers zonder enige vorm van hindernis hun bedrijfsactiviteiten kunnen ontplooien. Daarbij is van belang om de rechten van intellectuele eigendommen hoge prioriteit te geven, aangezien dit een belangrijk instrument vormt voor de economische ontwikkeling.
Judith Simson, directeur JS Legal Consultancy, die tevens één van de sprekers was tijdens het seminar over de Haagse Conventie 1999, welke op 29 mei 2017 werd gehouden door HI & T, gaf te kennen dat de intellectuele eigendomsrechten opgesplitst worden in industrieel eigendomsrechten, auteursrechten en de naburige rechten. De industrieel eigendomsrechten betreffen zaken als het merkenrecht, modellen en tekeningen, gebruiksmodellenrecht, patent of octrooirecht en kwekersrecht. “Bijvoorbeeld Fernandes, die onder de merknaam IFS opereert, valt onder het merkenrecht. Bij het kwekersrecht komen de plantenvariëteiten aan de orde. Als het om boeken gaat, berust er daarop een auteursrecht. De naburige rechten zijn aanverwant aan de auteursrechten. Bijvoorbeeld een tekstschrijver van muziek heeft een zanger nodig om die tekst leven in te blazen. Aan zo een zanger komt er een aanverwant recht (naburige recht) toe.” Ook de termen tekeningen en modellen worden weleens met elkaar verward. “Een tekening is tweedimensionaal, terwijl een model driedimensionaal is. Bij een model is de totale uiterlijke vormgeving van een object van belang (bijvoorbeeld bij een bankstel) en bij een tekening gaat het slechts om een patroon.”
De rechtsverkrijging voor intellectueel eigendom kan nationaal, regionaal of internationaal geschieden. “Voor nu heeft Suriname nationale regelgeving. Regionaal is er nog niets geregeld. Internationaal bekeken heeft Suriname zich in 1975 aangesloten bij het Haagse Verdrag, wat betekent dat de Surinamers vanaf dat moment de gelegenheid hebben om hun design te registreren via het Haagse systeem. Als we het hebben over intellectueel eigendom is dit een verdrag van de World Intellectual Property Organization (Wpo).” Volgens Simson kunnen de lidstaten van dit verdrag de technische assistentie krijgen van de Wipo, waar dit seminar een voorbeeld van is. De overige verdragen die betrekking hebben op de intellectueel eigendom zijn: Verdrag van ’s Gravenhage (1975), Verdrag van Parijs (1975), Verdrag van Nice (1981), Overeenkomst van Straatsburg (1975), Berner Conventie (1977), Trips-verdrag (1995) en het Herziene Verdrag van Chaguaramas. “Dit zijn allemaal verdragen waar Suriname partij bij is.”
Het territorialiteitsbeginsel vormt een belangrijk aspect bij de industriële eigendommen. “Als je bescherming wil in Suriname, moet je de aanvraag in Suriname indienen. Wil je bescherming in andere landen, moet je dat eerst aanvragen. Als je dit niet hebt gedaan, kan je geen bescherming krijgen voor je rechten.” Zo zijn er tal van zaken waarmee een ondernemer rekening dient te houden als de persoon de bescherming van de producten centraal stelt.
KSR