Bilkerdijk: “Niet de indruk dat Ontwikkelingsplan goed bestudeerd zal worden”

Het Platform van Bedrijfsleven Organisaties is volgens Wilgo Bilkerdijk, voorzitter van de Associatie van Surinaamse Fabrikanten, indertijd benaderd bij de opstelling van het Ontwikkelginsplan 2017-2021. Persoonlijk heeft Bilkerdijk aangegeven niet erg content te zijn met het document. Dit baseert hij zeker op het volume van het document. Hij heeft niet het gevoel dat het parlement er genoegzaam serieus mee zal omgaan. De druk om dit plan snel erdoor te krijgen, wekt bij hem niet de indruk dat het document goed bestudeerd zal worden.
Het bedrijfsleven heeft echter eerder wel enkele kritische kanttekeningen gemaakt ten aanzien van het model dat haar is gepresenteerd. Volgens Bilkerdijk is er zeker een grote druk geweest op de leiding van het Planbureau, om iets te produceren.
Het Planbureau lag een hele poos stil, wat voor Bilkerdijk al geen goed teken was. Het bureau kreeg na lang stilzitten de opdracht om het ontwikkelingsplan op te stellen. Dit heeft geresulteerd in een wollig verhaal met hier en daar wenselijkheden. Dat geeft echter aan dat het kritiek dat mensen hebben op het plan, niet helemaal onterecht is.
Bilkerdijk denkt niet dat het helemaal uitgesloten is voor de private sector om input te geven aan het Ontwikkelingsplan dat aan het parlement is aangeboden. Het Planbureau zou mogelijk nu al in haar volgende fase van hearings zijn.
Het plan bevat ook een schematisch overzicht van 15 formele ontwikkelingsdoelen van de regering. Enkele daarvan zijn namelijk de opbouw en instandhouding van een nationale economie vrij van buitenlandse overheersing, de bestaanszekerheid van de gehele bevolking, voldoende werkgelegenheid onder garanties van vrijheid en gerechtigheid, het deelnemen van een ieder aan de economische, sociale en culturele ontwikkeling en vooruitgang.
Verder wordt ook gedoeld om te werken aan de vestiging van een nationale economie, vrij van buitenlandse overheersing en in het belang van de Surinaamse natie, het realiseren van het voeren van een planmatig beleid, gericht op volledige werkgelegenheid.
De regering kaart ook aan om ontslag zonder gegronde redenen of om politieke of ideologische gronden te zullen verbieden tevens wordt gewenst gelijkheid van kansen bij de keuze van beroep en soort werk te garanderen, evenals te verbieden dat toegang tot enige functie of beroep wordt verhinderd of beperkt op grond van iemands geslacht.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!