Het Openbaar Ministerie, vertegenwoordigd door Manro Danning, heeft woensdag gerepliceerd in de strafzaak waarin de verdachten Steven Westfa en Selmon G. terecht staan. Aan deze verdachten wordt het verwijt gemaakt dat zij een slachtoffer hebben beroofd van zijn voertuig. Deze beroving ging gepaard met mishandeling. In de tweede beurt voerde Danning aan dat beide verdachten in opdracht van de manager van Flex Car hebben gehandeld. Het slachtoffer had het voertuig onder zijn beheer vanwege een tegenprestatie. Beide verdachten hebben hem onder bedreiging beroofd van zijn voertuig. Volgens Danning zijn deze gewelddadige handelingen vastgelegd op de beveiligingscamera. De verbalisant heeft de beelden bekeken en heeft op basis van zijn waarneming een proces-verbaal opgemaakt. De verklaring van het slachtoffer komt overeen met hetgeen de verbalisant heeft waargenomen op het beeldmateriaal. Selmon is in de wagen gestapt en heeft daarbij bedreigende uitlatingen gedaan. Het slachtoffer was hierdoor erg bevreesd. Met betrekking tot het niet-ontvankelijkheidsverweer dat door de advocaten was opgeworpen, heeft de vervolging de rechter gevraagd dit te verwerpen. Volgens het OM zijn de verdachten nimmer in hun verdedigingsbelang geschaad. Danning zegt dat de betrokken ondernemer, Lall Dassasingh, als verdachte is gehoord. Hij heeft bij de politie verklaard nimmer deze twee personen te hebben gestuurd om het voertuig terug te halen. Bovenal heeft Westfa eerder verklaard dat hij niet in opdracht van Dassasingh heeft gehandeld. Hij heeft nimmer voor hem gewerkt, zei Dassasingh. Tijdens het confrontatieverhoor tussen de verdachten en Dassasingh heeft Westfa aangegeven dat hij in opdracht van de manager van Flex Car heeft gehandeld. Naar de mening van het OM is er nimmer sprake geweest van schending van de beginselen van goede procesorde. Over schending van beginselen wordt gepraat wanneer het OM met ernstige grove veronachtzaming voordeel trekt uit een situatie, stelt Danning. De vervolging bepaalt verder wie zij wel of niet zal vervolgen.
Het Openbaar Ministerie heeft tegen Westfa een celstraf van 12 maanden, waarvan 7 voorwaardelijk, voorgesteld en tegen Selmon 12 maanden, waarvan 4 voorwaardelijk met aftrek, en een proeftijd van 3 jaar. Danning persisteert bij het strafvoorstel. Op 14 juni hebben de raadslieden van de verdachten hun tweede beurt. De verdachten in zake zijn voorlopig op vrije voeten gesteld. Beide waren tijdens de behandeling afwezig.
Saskia Bandhan