Suriname zou ook een vinger in de pap moeten hebben bij waterexport

Suriname zou ook een vinger in de pap moeten hebben bij waterexportOp dinsdag 22 november is het laatste grote onderdeel van de testvaart met de flextank gelanceerd, het transport van zoetwater vanaf Suriname naar Barbados. Amazone Resources (AR) heeft een innovatieve techniek ontwikkeld, waarbij zoetwater uit rivieren in grote volumes vervoerd kan worden door het voortslepen van een waterzak. Voor de testvaart werd een mini-flextank met een capaciteit van 2500 kuub op de Surinamerivier gevuld. De daadwerkelijke commerciële flextank zal 40,000 kuub kunnen vervoeren. Deze zak zal echter op zee blijven en aldaar vanuit de rivier gevuld worden door toeleveringsbootjes. De flextank-techniek werd vanaf 17 november voor het eerst uitvoerig getest in Suriname.
De sterke stroming in de Surinamerivier leidde tijdens de voorbereiding tot logistieke vertragingen. De hoeveelheid data die vervolgens via verschillende testinstrumenten is ingewonnen, zoals via drone-metingen en stresstesten op de zak, hebben het technisch team doen besluiten om de besturingssystemen, met name de ankerpunten naar de zak toe, nader te inspecteren. Deze testen waren reeds voorzien in een later stadium. De enorme stroomsnelheden in de Surinamerivier (+/- 8 km p/u) hebben geleid tot een vervroegde inspectie alvorens aan de oversteek van 1000 kilometer te starten. Amazone Resources geeft aan dat de eerste fase van de test, bestaande uit het monteren van de flextank, het verankeren van de tank op de rivier en het vullen met zoetwater naar tevredenheid en conform planning zijn verlopen. De verkregen informatie zal meegenomen worden in het vervolgproces. Wanneer de inspectie is afgerond, zal er in overleg met relevante instanties een nieuwe datum geprikt worden voor het succesvolle vervolg van de testvaart.
Het idee van water exporteren is volgens Wilgo Bilkerdijk, voorzitter van de Associatie van Surinaamse Fabrikanten (Asfa), niet verkeerd. Dit idee heeft hij eerder bij meer Surinamers mogen horen. Indien het goed uitgewerkt wordt, ziet hij het bedrijf ook goed eraan verdienen. Het gaat bij Bilkerdijk kortom om het ontwikkelen en stimuleren van lokale productie. Water exporteren is volgens hoogleraar Sewnath Naipal best wel mogelijk. Echter is er daarvoor voldoende data nodig. Er moet zoveel mogelijk wetenschappelijke onderbouwing zijn om de zaak te kunnen monitoren. Naar zijn oordeel is Suriname qua dataverzameling nog niet zover.
In de regio is er een grote vraag naar water. De Asfa-voorman ziet een behoorlijk potentiele afzetmarkt in het Caribisch gebied voor water. Het moet echter een commerciële activiteit worden, waar ook de overheid aan kan verdienen. “Het moet niet zo zijn dat enkelingen ervan rijk worden. Het moet een spin-off hebben naar de samenleving toe. Het is een natuurlijke hulpbron van de Surinaamse samenleving”, stelt Bilkerdijk.
Dit betekent dat Suriname een vinger in de pap moet hebben om beter te kunnen genieten van zijn eigen rijkdommen, in plaats van zoals al traditioneel gebeurt, de rijkdommen aan buitenlandse investeerders over te laten. “Ik denk dat het in dit geval absoluut uitgesloten is. Ik denk dat zelfs de constructie nog niet opengegooid is. Wij moeten inderdaad een mogelijkheid hebben, waarbij lokale investeerders ook kunnen deelnemen in zo een onderneming”, stelt Bilkerdijk. Hiervoor heeft Asfa de aandacht van de regering al gevraagd. Er zou bij wet moeten worden afgedwongen dat lokale ondernemers ook kunnen meedoen met zulke investeringen.
De overheid heeft onlangs in de oliesector en (via Staatsolie Maatschappij NV) in de goudsector investeringen gepleegd. De wereldmarktprijs van goud en olie hebben de Surinaamse economie op haar kop gezet. Dit is de bewering van de regering. Water aan de andere kant wordt beschouwd als de belangrijkste behoefte in de toekomst. Sommige critici stellen zelfs dat water de eerstvolgende reden voor een wereldoorlog kan worden. Uitgaande van de gedachte van dit belang van water, is relevant de bescherming van de Surinaamse natuurlijke hulpbron.
Het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen is dit jaar gestart met wetgeving voor waterbeheersing in het land. Critici stellen dat Amazone Recources met haar intrede, en zeker uitgaande van het presidentieel besluit, te veel rechten heeft gehad over Surinaams water. Suriname zou beter moeten overwegen, alvorens een investeerder toestemming krijgt om beheersdaden uit te oefenen over Surinaamse hulpbronnen. Minister Regilio Dodson van Natuurlijke Hulpbronnen gaf in een eerder gesprek met Dagblad Suriname wel aan dat het presidentieel besluit zal komen te vervallen bij aanname van nieuwe wetgeving. Welk deel van de rechten bij de nieuwe wetgeving komt te vervallen en welk deel niet, is vooralsnog niet bekend. Het ministerie is nog bezig met de consultaties met stakeholders rond de wetgeving.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!