Stakeholders brainstormen over sanitaire stortplaats

Vrijdag is er een stakeholdersbijeenkomst gehouden over het opzetten van een sanitaire stortplaats volgens internationale standaarden. Er is gesproken over de huidige situatie te Ornamibo, het verschil tussen een sanitaire stortplaats en een vuilstortplaats en de opties voor de locatie van de sanitaire stortplaats waar het afval zal worden afgenomen en op een milieuvriendelijke wijze verwerkt volgens internationale standaarden. Suriname doet mee aan het regionaal project: ‘Development and implementation of a sustainable management mechanism for POPs in the Caribbean’. Santosh Soman, directeur directoraat Civieltechnische Werken (CTW) van het ministerie van Openbare Werken (OW), voerde aan dat op lang termijn een ‘waste to energy plant’ aan de hand van een feasibility rapport nu wel voordelen zou opleveren. Het vuil zou hier middels een op te zetten plant ervoor kunnen zorgen dat energie zou kunnen worden opgewekt, vooral met de stijging van de energietarieven. De aanlegkosten voor zo een plant zouden liggen op ongeveer Euro 120 miljoen. Een ander punt is dat afvalwater na filtering de Pararivier zou kunnen worden ingeloodst.
Pararivier wordt gecontamineerd
Volgens Haydi Berenstein, milieuadviseur en coördinator milieubeleid van het kabinet, voldoet onze huidige stortplaats te Ornamibo niet aan internationale standaarden. Ze gaf aan dat Suriname nu naar een andere vorm van vuilverwerking moet gaan. “De bodem daar lekt, omdat die niet de dikke kleilaag heeft die een stortplaats zou moeten hebben met als gevolg dat de Pararivier volledig vervuild raakt. Allerlei vormen van afval worden daar verbrand door afvalverzamelaars met ernstige gevolgen voor de volksgezondheid,” legde Berenstein uit. Het project dat initieel gestart was als een ‘waste-to-energy’-project, is nu veranderd naar ‘het opzetten van een sanitary landfill naar internationale standaarden’. Er heeft een verandering plaatsgevonden, omdat het project maar niet kon opstarten. Door een ander project in te dienen, heeft Suriname voorkomen dat de GEF-middelen, groot USD 1.308.000, zijn kwijtgeraakt.
Elk jaar meer vuil
Volgens Soman is in de afgelopen periode opgevallen dat er steeds een stijgende lijn is voor wat betreft het aanleveren van vuil. De verwachting volgens hem is dat dit eind 2016 meer zal zijn in vergelijking met 2015. Het vuil uit de districten Paramaribo, Wanica, Saramacca, Para en Commewijne wordt in opdracht van OW afgevoerd naar de vuilstortplaats te Ornamibo. Ook van enkele particulieren wordt het vuil gebracht naar Ornamibo. Ornamibo heeft een oppervlakte van 42 hectare. Middels foto’s toonde de OW-topper aan hoe groot de toename is van vuil tussen nu en vorig jaar. Nu wordt simpel vuil aangeleverd, waarna dagelijks ook 150 kuub klinkzand wordt geleverd om het vuil af te dekken met het zwaar materieel. De totale kosten voor vuilophaal komt in miljoenen SRD’s per maand. In negen jaren is het vuil vermeerderd met 28.000 ton. Per jaar wordt nu ongeveer 90 ton aan vuil aangeleverd. Met de huidige situatie zou zeker 18 jaar met dezelfde methode worden doorgegaan. Echter zal dit voor meer ergernis zorgen voor de plaatselijke gemeenschap.
Uitdagingen die aangepakt moeten worden
Soman voerde aan dat de vuilstortplaats zeker een aantal problemen of wel uitdagingen heeft dat zeker aangepakt zou moeten worden. Zo is de grondenrechtelijke situatie te Ornamibo niet helemaal opgelost, omdat de 42 hectare grond OW toe behoort; er zijn soms niet genoeg financiën om voldoende klinkzand aan te schaffen voor het afdekken van het vuil. Een ander probleem is dat de verlichting op de vuilstortplaats niet adequaat is, waardoor het aanleveren van vuil in de avonduren voor stagnaties zorgt en is er ook geen omrastering. Daarnaast komt het tekort aan personeel, waaronder bewakers, bij kijken en heeft het terrein vaak last van rapers en koeien. “Tijdens de regentijd zijn de wegen slecht begaanbaar, is er brandgevaar door het loskomen van gassen en vooral stankoverlast”, aldus de OW-directeur.
FR