Broodvrees bij stakende werknemers EBS

Het lijkt er nog steeds op dat de actie van de werknemers van de NV Energie Bedrijven Suriname geen oplossing zal bieden. Dit, zeker bekijkende vanuit de optiek van een deel van de werknemers dat momenteel in actie is. Middels een schrijven van een collega-werknemer van de EBS zijn de leden van de bond erop gewezen dat zaken, zoals die zich in de afgelopen periode hebben ontwikkeld en nu nog ontwikkelen, de positie van de werknemers in gevaar kunnen brengen. In de brief wordt ook concreet vermelding gemaakt van broodvrees.
“Tot nog toe is het niet duidelijk wat deze acties ons opgeleverd hebben. Ondanks vele verzoeken aan de voorzitter om de acties te verscherpen, blijven ze zo en blijven ook wij in het ongewisse. Alleen de voorzitter weet wat er gebeurt of zal gebeuren. Wij, tenminste ik, wil niet staken zonder doel”, staat in het schrijven gericht aan de collega’s.
Geen enkele staking is nog voor bedrijven als voor het land voordelig. Er is een principeakkoord bereikt tussen bond en regeringsvertegenwoordigers. De aandeelhouder heeft moeite met de uitvoering van het akkoord. Volgens volksvertegenwoordiger Glenn Sapoen zou de bond, lettende op de huidige situatie, er goed aan doen om water bij de wijn te doen. In het schrijven staat verder: “Besef dat de activiteiten van het bedrijf reeds drie weken zonder de inzet van het cao-personeel voortgang vinden en dat kan maken dat wij, of velen van ons (1000 man) overbodig bevonden zullen worden. Als er afvloeiing zal moeten plaatsvinden, denk ik niet dat de bond bij machte zal zijn deze aan te vechten, gelet op de houding tot nu toe.” De EBS heeft kunnen bewerkstelligen om het bedrijf gedurende de stakingsperiode draaiende te blijven houden. Het bedrijf kan nu met rond de 400 personeelsleden wel voor optimale stroomvoorziening zorgen. Het veldwerk dat momenteel is uitgevallen, is even belangrijk.
“Men hoeft geen broodvrees te hebben. Het is een kip en ei situatie. Wij willen beide partijen redden. EBS heeft een plan B in werking gezet, maar dat kunnen ze niet lang volhouden. Je kunt 1500 personeelsleden niet vergelijken met 400”, stelt Sapoen. De schrijver van het stuk eindigde de brief met de vrees van het door de regering toe te passen beginsel van van “no work no pay”. “In plaats van tijdens diensttijd troef callen, mens erger je niet spelen, “talenten jachten” voor zangers en zangeressen te organiseren, jokes te tappen, etc. terwijl wij ervoor betaald worden, zouden wij liever kunnen werken. Want al deze onkosten die het bedrijf maakt door de gedragingen van de bond, zouden ook op ons verhaald kunnen worden. No work no pay en afvloeiingen zullen ons killen, dus laten wij weten wat wij doen en niet zomaar in beraad blijven om het beraad”, aldus de brief.

error: Kopiëren mag niet!