President Desi Bouterse spoorde op de laatst gehouden Caricom Staatshoofdenvergadering de Caribische landen aan om naast aardolie ook te denken aan het diversifiëren. Het staatshoofd sprak over de rol van Suriname in Caricom verband betreffende deze ontwikkeling. Er is op verzoek van Caricom een Surinaamse deskundige ingezet om een onderzoeksteam te leiden, welke moest kijken naar de samenwerkingsmogelijkheden op agrarisch gebied binnen de Caricom. Daar is er vorige week nog een rapport voor uitgebracht. Dit werd door raadsadviseur Winston Lackin geschetst als een bijdrage van Suriname. Het ligt in de bedoeling dat het rapport de komende week via het kabinet van de president aan Caricom aangeboden wordt.
Diversificatie van de economie is volgens politica Angelic Alihusain- Del Castilho elke keer een populistisch verhaaltje. Zodra er een probleem is met de inkomsten in de mijnbouwsector, wordt er even geschreeuwd dat wij gaan diversifiëren. Suriname is een klein land met een kleine economie. Heel belangrijk is een afzetmarkt voor alle producten die lokaal vervaardigd worden. Stel dat een simpel fabriek die ananasproducten vervaardigt, in staat is per dag 20.000 blikjes ananas te vervaardigen. Voor Suriname is er binnen de kortste keren al een surplus. Van belang is een externe afzetmarkt. Exportmarkten zijn daarom enorm belangrijk. In dat aspect is het Surinaams buitenlands beleid volgens Alihusain- Del Castilho ontzettend belangrijk. Dat is tot nu toe niet zoals het hoort.
Ook Jitendra Kalloe, lid van de vaste commissie Landbouw, Veeteelt en Visserij heeft geen significante handelingen van de regering gezien wat de ontwikkeling op agrarisch gebied betreft. Hij richt zich vooral op de lokale situatie. “Wij weten dat wij de potentie hebben, maar er komt niets van de grond. Er is niets bijzonders op het gebied van diversificatie te zien. Wij zien nu dat men een trauma heeft overgehouden van het beleid van de overheid in de afgelopen jaren. De overheid zegt steeds de productiesector te zullen helpen, terwijl er niets van terecht komt ”, stelt Kalloe. Zowel Alihusain- Del Castilho als Kalloe is de mening toegedaan dat de overheid zelf de huidige productie niet in stand kan houden, terwijl die al kijkt naar de productie van producten, waar er in Suriname in ieder geval geen expertise voor is.
“De huidige productie kunnen wij niet eens tot een optimaal niveau brengen. Al jaren horen wij dat wij houtverwerking en voedselverwerking zullen doen. Dat gebeurt niet. De cassavefabriek is een typisch voorbeeld van. Mensen zaten met de handen in het haar. Wat wordt er gedaan met de producten die er al zijn?”, stelt Alihusain – Del Castilho. Voor Kalloe is voorlichting vanuit de overheid essentieel om de producent gemotiveerd te houden om tenminste de huidige producten te blijven telen. De begeleiding vanuit de overheid laat nog meer te wensen over. Hij ziet echter de overheid, niet binnen de kortste keren een oplossing brengen in de zaak, aangezien de regering verkeerde prioriteiten stelt.
“Als wij datgene wat wij nu al hebben, goed doen, dan is dat een leerschool voor hetgeen wij verder zullen doen. Elke keer rennen met iets nieuws brengt ons nergens. Ik heb in de jaren ‘80 ook gehoord dat wij uien hier kunnen planten. Eten wij vandaag uien van Surinaamse bodem? Wij zijn al zeker al 30 jaar bezig met allerlei fata morgana ideeën. Laten wij eens met hart voor het land, daadwerkelijk plannen maken op middellang en lang termijn”, aldus de politica.
Kavish Ganesh