Het is al enige tijd zo dat men in Suriname geen buitenlandse valuta meer kan pinnen via het pinapparaat. Deze mogelijkheid was er jaren lang wel maar de buitenlandse aanbieders van de service besloten in januari 2016 om hun pinapparaten terug te nemen. Het betreft hier onder andere ook de Nederlandse banken. Vooral veel Surineds in Suriname woonachtig, maakten gebruik van deze mogelijkheid om euro’s te pinnen vanuit hun rekening in Nederland of geld voor familie in Suriname te sturen.
De directeur van de Surichange bank, legt uit dat niet alleen Surinaamse banken maar meerdere banken in het Caraibisch gebied op dit moment geen correspondentie relaties (correspondent banking) onderhouden met bijvoorbeeld banken uit de Verenigde Staten van Amerika. De algemene oorzaak hiervan is volgens hem meestal de macro economische omgeving van de banken in die landen waar men geen zaken mee doet. Ook de Surichange bank biedt de service van valuta pinnen niet meer omdat de aanbieders de samenwerking hebben opgezegd. Valuta pinnen is bij geen enkele bank of cambio in Suriname overigens meer mogelijk. In juli 2015 had Waddy Sowma, de toenmalige voorzitter van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES) in een in Dagblad Suriname verschenen artikel al uitgelegd dat heel veel Surinaamse banken hun correspondentie met Amerika via Nederlandse banken moeten doen omdat zij geen rechtstreekse correspondentie met Amerika meer hebben. Amerika zou Suriname namelijk als risicoland zien met betrekking tot mogelijke money laundering en witwaspraktijken. Suriname zou om van dit negatief imago af te komen, veel transparanter moeten zijn in de financiële stromen van en naar Suriname, had Sowma toen gesteld. Wanneer banken internationaal gaan twijfelen aan een land dan wordt de internationale ‘credibility’ van dit land en ook dat van hun banken minder. Dit heeft niet per se te maken met het ontbreken van adequate wetgeving. In Suriname hebben wij bijvoorbeeld de wet Melding Ongebruikelijke Transacties ( MOT ). Men twijfelt feitelijk aan de effectuering van de wetgeving in die landen. Men kan in dit geval bij het terugnemen van de pinapparaten zijn gaan denken dat er mogelijk met de pin apparaten geknoeid kan worden. Het komt erop neer dat het vertrouwen in de economie wordt opgezegd afhankelijk van de macro economische omgeving in een land. In Suriname pint men ongeveer 4 miljoen per maand en internationaal bekeken is dit nog geen 0,25%. Men wil voor een luttel bedrag dus geen risico’s lopen. Dit, ervan uitgaande dat het verkeerd kan gaan voor wat het pinnen betreft.