Een delegatie van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) is in de eerste week van juni weer in Suriname. Dit maakte Financiënminister Gillmore Hoefdraad bekend op Bakana Tori gisteren. ‘Het gaat om een grote delegatie, die op 6 juni arriveert in Suriname. Op 7 juni gaan ze alle documenten in verband met de leningsovereenkomst doornemen en op het internet plaatsen. Het publiek mag dan vrij naar de informatie kijken. Vanaf 8 juni volgen er een aantal persconferenties en voorlichtingssessies. Het IMF komt ook met eigen journalisten om de zaak te verslaan. De bevolking zal ook door het IMF op haar eigen manier voorgelicht worden’, vertelde Hoefdraad op de staatsradio.
Bij dit bezoek zal het IMF ook met de oppositie praten. ‘Dat staat ook op hun programma’, geeft Hoefdraad aan. ‘We kunnen de oppositie niet uitsluiten. We doen geen zaken achter ruggen van mensen, maar zijn transparant bezig’, zegt de voormalige governor van de Centrale Bank van Suriname. Hij maakt meteen ook duidelijk dat het ook in de bedoeling lag om tijdens het bezoek in maart met de oppositie te praten. ‘Ik bemoeide niet met wat ze deden. Wat ik weet, is dat ze het te druk hadden om alles door te nemen in verband met de lening. Ze hebben toen geen gelegenheid gehad om met de oppositie te praten. Toen ik hoorde dat ze niet met de oppositie hadden gesproken, heb ik ze meteen gebeld. Ze hebben hun verontschuldigingen aangeboden, maar zeiden dat ze geen ruimte hadden om dat te doen’, geeft Hoefdraad te kennen.
Voor Hoefdraad is de gang naar het IMF geen knieval voor de witte man. Hij legt uit dat IMF geen clubje is van witte mannen. ‘In het IMF zitten 189 landen. De deputy managing director die ons rapport voorlas, is een Japanner. Ons verzoek is verdedigd door een Braziliaan. Ons programma is ondersteund door Afrikaanse landen, Arabieren enz. Waarover praten we dan. We moeten geen verkeerd beeld schetsen en op raciale toer gaan’, zegt Hoefdraad.
Dat verschillende mensen erg vinden dat de regering de bevolking feliciteert met de IMF-lening, kan Hoefdraad ook verdedigen. ‘Het is inderdaad een mijlpaal dat het Surinaams programma door het 189-landen tellende IMF is gepasseerd. De board heeft binnen 15 tot 20 minuten besloten dat het plan goed is en Suriname in aanmerking komt voor het geld. Is een felicitatie waard dat we in dergelijke fase zijn beland. Ik ben zelf maanden intensief mee bezig geweest, dus ik weet waarover ik praat’, zei de minister. Ook vindt hij niet dat we ons overgeleverd hebben aan het IMF en naar hun pijpen moeten dansen. ‘Elke lening heeft condities waaraan je moet voldoen. Je maakt een commitment en moet je daaraan houden. Zo werkt ook ontwikkelingshulp’, legde de Financiënminister uit.
Het IMF zal Suriname een bedrag van ongeveer US$ 478 miljoen lenen. Het geld zal in tranches om de drie maanden overgemaakt worden op de rekening van de Centrale Bank van Suriname. ‘De eerste tranche is ongeveer US$ 81 miljoen groot. De Centrale Bank mag hiermee de koers managen, importen en exporten garanderen enz. We zijn continu in overleg met het IMF en vragen ook technische steun waar nodig. Hoe pak je de koers aan, hoe verbeter je de exporten en beperk je de importen enz.’, gaf Hoefdraad aan.
Dat de vakbeweging en bedrijfsleven op 2 juni acties gaan tegen de komst van het IMF, daarover kan Hoefdraad alleen zeggen dat de overeenkomst niet meer teruggedraaid kan worden. ‘We hebben geprobeerd met ze te praten, maar als ze niet willen begrijpen dat je niet meer kan geven dan wat je hebt, dan houdt het