Suriname telt rond de 300 monumenten, waarvan het overgrote deel schreeuwt om onderhoud en renovatie. De Evangelische Broeder Gemeente Suriname is eigenaar van statige in hout opgetrokken kerken, herenhuizen en andere koloniale gebouwen, die de loffelijke bijvoeging ‘cultureel erfgoed’ dragen. Deze eer brengt verplichtingen met zich mee, zoals onderhoud en in standhouden van deze eigendommen volgens bij wet vastgestelde regels voor cultureel erfgoed. Er wordt ernaar toe gewerkt om de pastorij van de Grote Stadskerk gerestaureerd te krijgen. ‘Zoals het er nu uitziet, is het een aanfluiting’, zegt praeses Zamuel. Ook Bisshop Choennie laat zijn stem horen over het onderhoud van de architectonische bezittingen van de Rooms Katholieke Kerk. De kerk steekt de hand in eigen boezem en doet wat in haar vermogen ligt om monumentale gebouwen in goede staat te houden en in gebruik te hebben.
Er is een gerenoveerde monumentale gebouw op de hoek van de Zwartenhovenbrugstraat en Hogestraat. Het is de bedoeling van eigenaar Frank van Kessel om het gebouw in beheer te geven aan de organisatie die zich inzet voor stadsherstel. Het gebouw kan worden verhuurd als zakenpand annex woonhuis. Uit de huurpenningen zal het onderhoud worden bekostigd en aangewend worden om andere stadsherstelprojecten mede te financieren. Er zijn ook monumentale gebouwen in eigendom van andere particulieren, die zich zo goed als mogelijk kwijten van de verantwoordelijkheid die het bezit van cultureel erfgoed met zich meebrengt. Maar in veel gevallen laten de eigenaren het liggen om de een of andere reden.
Het staat buiten kijf dat de Staat wat betreft monumentenzorg schromelijk tekortschiet. De bouwvalligheid van meerdere overheidsgebouwen geeft aan dat het beleid op dit gebied weinig voorstelt. Er wordt al jaar en dag door de overheid en de Commissie Monumentenzorg gewerkt aan een managementplan voor de renovatie van de historische binnenstad, echter zonder resultaat.