In een 11 punten tellend eisenpakket heeft de Centrale van Landsdienarenorganisaties een onderdeel opgenomen, waarin zij de positie van de gepensioneerden in Suriname verbeterd wenst te zien. Hier zijn de invoering van een extra maand pensioen en de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd onderdeel van.
Invoeren van een extra maand pensioen
De gewezen landsdienaren en met hen gelijkgestelden geven bij tijd en wijle publiekelijk aan, vooral wanneer actieve landsdienaren vakantiegeld ontvangen, ook een extra uitkering te willen ontvangen. Er wordt in deze verwezen naar ons voormalig moederland, Nederland, waar dat wel mogelijk zou zijn. De mogelijkheid kan in Suriname gecreëerd worden om ook het vakantiegeld in de pensioengrondslag mee te nemen, waardoor de landsdienaar en de met hen gelijkgestelden dan 10 % pensioenpremie over het vakantiegeld zullen betalen. De overheid kan dan in de maand juli een extra maand pensioen uitkeren aan de gepensioneerden in overheidsdienst.
Het verhogen van de pensioengerechtigde leeftijd
De ontwikkelingen in de wereld op medisch gebied zorgen volgens de CLO ervoor dat de levensverwachting stijgt. Zo ook de kosten voor het uitkeren van pensioenen. Er is momenteel een trend in de wereld om de pensioengerechtigde leeftijd te verhogen. De werkplek als bron voor sociale participatie en het gevoel te hebben nog ergens bij te horen, moeten niet onderschat worden, want rust roest. In Nederland was de leeftijd reeds geruime tijd vastgesteld op 65 jaar, terwijl die nu opgetrokken is naar 67 jaar. De CLO heeft uit participatie in diverse commissies, seminars en gesprekken met de regering, kunnen constateren dat de behoefte bestaat om ook in Suriname de pensioengerechtigde leeftijd op te trekken naar 65 jaar. De CLO stelt voor alle nu geldende regels te handhaven. Dat wil zeggen dat wanneer een landsdienaar de leeftijd van 55 jaar heeft bereikt en 35 dienstjaren heeft, hij met pensioen mag gaan. In zijn algemeenheid geldt dat wanneer hij 35 dienstjaren heeft, tenminste de leeftijd van 55 jaar heeft bereikt of de leeftijd van 60 jaar nog niet heeft bereikt. De landsdienaar mag ongeacht het aantal dienstjaren dat hij heeft op zijn 60ste met pensioen gaan. Indien hij dat wenst, mag hij tot zijn 65ste door werken, maar als hij het 65ste levensjaar heeft bereikt, is hij verplicht met pensioen te gaan. De pensioenopbouw zal 2% per dienstjaar bedragen met een maximum van 40 dienstjaren. Het maximale is dus 80% aan pensioenopbouw. Indien een landsdienaar 40 dienstjaren heeft en de leeftijd van 65 jaar nog niet heeft bereikt en nog door wenst te werken, zal er geen pensioenopbouw meer plaatsvinden.