Dagblad Suriname heeft gisteren een bezoek gebracht aan het kantoor van het Uitvoeringsorgaan Nationale Basiszorgverzekering, waar elke dag burgers die niet in staat zijn hun eigen verzekeringen te betalen, zich aanmelden voor een verzekeringspasje. Uit de gesprekken met een paar van de aanwezigen bleek in ieder geval dat frustratie hoogtij viert. Een heer afkomstig uit Moego moest vroeg in de ochtend op de brommer met zijn dochter uit huis om in Paramaribo een handeling te plegen, waar hij ook niet verzekerd is van hulp. Hij is invalide en kan niet werken. Een andere heer wordt als sinds oktober 2015 van het kastje naar de muur gestuurd. Hij wenste dat on- en minvermogendkaarten er nog waren, gezien hij als onvermogende tenminste in zekerheid kon leven.
Ook volksvertegenwoordiger Dew Sharman heeft een bezoek gebracht om zich van de situatie te overtuigen, gezien er heel wat klachten richting het volksvertegenwoordigend orgaan komen. Voor de mensen die niet in staat zijn de verzekeringspremie te bekostigen, moet de overheid volgens Sharman tegemoetkomende maatregelen treffen. “De verzekering kost normaal gesproken SRD 165 per maand. Als de man en vrouw beiden dat moeten betalen, zit je al boven de SRD 300 per maand. Als men maar SRD 1.200 per maand verdient, gaat een vierde deel van het geld alleen in gezondheidsverzekering. Hoeveel houdt men nog over voor levensonderhoud?”, vraagt Sharman zich af.
De selectiecriteria zijn een raadsel
Zelfs Sharman als volksvertegenwoordiger kan niet beschikken over een lijst van de selectiecriteria. “Als dat bekend is bij de samenleving, kunnen nuchtere mensen zelf een evaluatie plegen. Als men weet waar men aan wel of niet moet voldoen, weet men ook als men een kaart krijgt of niet. Ik weet niet waarom men er zo geheimzinnig over doet. Dit maakt dat de samenleving denkt dat het verkrijgen van een kaart met ‘names and faces’ gaat”, stelt Sharman.
De voornaamste klacht van de mensen is dat zij vanuit Sociale Zaken hiernaartoe zijn gestuurd, met heel veel gevoelens van twijfels. Zij moeten het weer trotseren. Er is een lange rij van mensen die eerst een nummer moeten afhalen. Als men al over een nummer beschikt, moet men wachten op een gesprek. In aanmerking komen voor een verzekeringspasje staat dan nog niet vast. Het ministerie van Sociale Zaken is volgens directeur Rachel Perri momenteel bezig met het decentraliseren van de taken die op dit moment zijn toebedeeld aan het Uitvoeringsorgaan.
De mensen die in de rij staan, geven aan dat zij allemaal eerst voor een nummer in de rij moeten staan, om daarna geholpen te kunnen worden. Perri aan de andere kant, zegt dat dat niet waar is. “Wij geven geen nummers. Wij werken van 8.00 tot 16.00 uur en iedereen wordt gewoon geholpen. Wij hebben nog nooit iemand weggestuurd, zonder de persoon te woord te staan of te helpen. Ik heb de mensen hier zien komen en nooit een geklaag gehoord”, stelt Perri. Uit de veldsituatie blijkt echter het tegenovergestelde. De mensen gaan naar het hoofdkantoor. Daar wordt er een intake gehouden. Aan de mensen worden een paar vragen gesteld. Er wordt een oordeel geveld en van daaruit bepaalt het Uitvoeringsorgaan als de persoon wel of niet in aanmerking komt voor een verzekerginspasje.
Over de criteria wilde Perri niets prijs geven, zij verwijst naar de minister van Sociale Zaken. “Ik denk dat het hun beleid is en het beste is dat zij u daarop antwoord geven. Zij zijn de instantie die bepalen voor de mensen”, zegt Perri. “Niet dat ik als volksvertegenwoordiger zwak sta. Het systeem is zwak. Wij moeten het systeem veranderen, wij moeten nu als parlement op onze achterpoten gaan staan en deadlines vaststellen voor het doen toekomen van de informatie, die beschikbaar zou moeten zijn. De coalitie aan de andere kant vormt een meerderheid. Wij zijn ook afhankelijk van dit beginsel. Als individu kan ik mijn mannetje staan, maar we zijn dan nog afhankelijk”, aldus Sharman over zijn rol.
Perri zelf ziet de huidige gang van zaken niet als een ideale situatie. Zij ziet liever het ministerie van Sociale Zaken de eerste screening doen, zodat mensen niet naar het Uitvoeringsorgaan hoeven te komen indien zulks niet noodzakelijk is. “Ik denk dat wij binnen een maand een oplossing moeten vinden. Wij waren er al mee bezig, maar ik ben hoopvol gestemd dat het er snel is”, zegt Perri. Tot nog toe heeft het Uitvoeringsorgaan, volgens Perri, rond de 44.000 door de overheid verzekerde burgers geregistreerd.
Kavish Ganesh