Volgens voormalig Staatsoliedirecteur Eddy Jharap ziet de toekomst van Staatsolie er niet zo rooskleurig uit. Jharap meent dat de olieprijzen internationaal zullen blijven dalen zoals blijkt uit alle analyses. “De prijs gaat laag blijven”, zegt Jharap. Wanneer ‘the brand of the west Texas intermediate’ in de buurt van $30 is, zal de olieprijs van Staatsolie volgens hem bijna de helft zijn en liggen tussen $15 en $20. Dit vanwege de specificaties van de olie. Staatsolie produceert zware olie waaruit uit eerste destillatie nauwelijks enige gasoline en diesel uitkomt. Het is moeilijk te raffineren olie en daardoor is de prijs van de Saramacca olie vergelijkbaar met de waarde van stookolie (fuel oil no 6). De olie is dan beneden de kostprijs van Staatsolie. “Er zal geen winst worden gemaakt. Er is misschien nog ruimte in de cashflow, maar Staatsolie heeft een enorme schuld buiten zoals leningen, obligaties, financiering van het goudproject etc. De leningen met rentes moeten worden afgelost. Bovendien moeten ze de operationele kosten en 1500 man personeel betalen. Het is niet mijn hoofdpijn, maar ze zullen het vreselijk moeilijk hebben om al die kosten te dekken uit de lopende inkomsten.”
Raffinaderij eist investering om het draaiende te houden
De raffinaderij kost het bedrijf volgens Jharap ook enorm. Het heeft behalve de grondstoffen uit Saramacca ook inputs nodig uit het buitenland die in Amerikaanse dollars betaald moeten worden. “Dit zal ook de nodige problemen geven. Wat ook duidelijk moet zijn, is dat die olieproductie die nu op 16.000 barrels is, wat nodig is om die raffinaderij voor 100% te kunnen voeden, afneemt. Als je olie uit de grond haalt, neemt de druk af en dan gaat de olieproductie met de bestaande installaties geleidelijk ook afnemen. Het neemt jaarlijks af en je moet steeds 100 nieuwe bronnen erbij boren. Elke nieuwe bron kost het bedrijf tenminste een half miljoen US$. Dit is dus volledig een vreemde valuta component. Als je de investeringen niet kan plegen, dan betekent dit dat er straks niet voldoende productiecapaciteit is. Dit zijn allemaal kopzorgen.” Staatsolie zou volgens de oud-directeur kunnen stellen dat ze niet meer in nieuwe bronnen gaat investeren. “Maar dat betekent dat je niet in staat gaat zijn om je feedstock aan ruwe olie te leveren aan de maatschappij”, zegt Jharap die hiermee aangeeft dat de continuiteit van de olieproductie in het gedrang zou kunnen komen.
Over Fitch
Jharap meent dat hij de recente ratings van Fitch zeer ‘dramatisch’ vindt, maar dat hij het doen van technische uitspraken aan de economen overlaat. Het bevreemdt hem wel dat de ratings plotseling zo slecht zijn, terwijl Fitch de afgelopen jaren steeds zulke ‘mooie’ ratings presenteerde. “Ik vraag me af of de heren toch boter op hun kop hebben gehad of als ze behoorlijk gefêteerd zijn om de afgelopen jaren mooie ratings uit te geven.” Een paar maanden geleden had Jharap al aangegeven, dat er zich ‘ontwikkelingen zoals in de jaren ’80’ zouden voordoen in Suriname. “Ik denk nu dat het toch dramatischer gaat worden”, aldus Jharap.