Robby Berenstein: “Sociale onrust onvermijdelijk”

Robby Berenstein Sociale onrust onvermijdelijkRobby Berenstein, voorzitter van C-47, sprak dinsdagavond bij KennisKring over een paar markante zaken in 2015 en de vooruitzichten in 2016. Het opmerkelijke van de inleiding was dat de vakbondsvoorman aangaf dat gezien de huidige situatie, de sociale onrust in Suriname onvermijdelijk is. “De enorme kostenverhogende maatregelen leiden tot enorme kostenverhoging van het levensonderhoud. Hierdoor is de sociale ontrust onvermijdelijk”, zei Berenstein. Volgens Berenstein zal er zolang er een discrepantie is tussen de noden van het volk en de wil, dan wel de mogelijkheid van de regering om daaraan invulling te geven, sociaal onrust ontstaan.
Verkiezingswinst
In 2015 werden de verkiezingen gehouden. Dezelfde regering met dezelfde signatuur nam het roer over. Er is volgens Berenstein een enorme discrepantie tussen wat aan het volk voor de verkiezingen is voorgehouden en het beleid na de verkiezingen. Hij noemde als voorbeeld de impopulaire maatregelen, zoals verhoging van de tarieven van nutsvoorzieningen en de gouvernement take, waar men voor de verkiezingen niets van heeft gezegd. De regering heeft er volgens hem niet voor gekozen om het volk voor te houden dat zij de tering naar de nering moeten zetten. Voor de verkiezingswinst is dit beginsel van groot belang geweest.
Legale corruptie
Na de verkiezingen is men gelijk begonnen met de afkondiging van maatregelen. In het afkondigen van hun maatregelen heeft de regering zich alleen gehouden tot de verminderde staatsinkomsten en niet gesproken over de corruptiegevallen. Daar was er ook een uitleg van belang. In plaats van de corruptiegelden op te sporen en de inefficiënte op te heffen, en in plaats van te gaan onderzoeken voor welke resus er wel tegenprestaties zijn geleverd door het bedrijfsleven, worden er doodleuk tarieven van nutsvoorzieningen verhoogd en betalingen gecontinueerd. Hierdoor gaat volgens Roy Bhikharie, een van de inleiders van de avond, de corruptie op een legale manier door.
Technocratische oplossing
“Na de zogenaamde afschaffing van de slavernij was jaren ‘80 veelbelovend. Niets is minder waar gebleken. De fysieke slavernij is getransformeerd in mentale slavernij. Je ziet de mensen verarmen en toch aanbidden zij hun politieke leiders. De praktijk is het bewijs. Suriname is verloren. De toenemende ellende is niet meer te stuiten”, zei Bhikharie.
Onze democratische rechtstaat is volgens Bhikharie nog steeds een farce. Men had een technocratische aanpak nodig. Indien dat was gebeurd, zou volgens hem het tegenovergestelde van dit alles gebeuren. Sociale voorziening zouden waardevast zijn en corruptiegelden zouden worden opgespoord. “Als men een technocratische oplossing wilde hebben, was dat binnen een maand gelukt”, zegt de psycholoog.
Zakenkabinet
Het inkorten van de zittingsperiode van president Desi Bouterse zit er volgens Waldo Ramdihal, de derde spreker van de avond, er niet in, want dat vindt de president zelf niet leuk. Een nieuwe verkiezing over 5 jaren zou ook geen soelaas bieden. Volgens Ramdihal is alle geloof in de verkiezingen en politici al weg. Het enige dat zou moeten helpen, is dat voldoende mensen met het hart op de juiste plek bij elkaar komen om een overgangsperiode in te zetten door een zakenkabinet in te stellen. “Het moet een kabinet zijn met deskundigen, die zullen bepalen hoe het bestuurlijke zal worden gereorganiseerd. Gooi het huidig politiek stelsel overboord”, zei Ramdihal.

Berenstein verliest geen hoop

Verarming van de ontwikkelingen op de valutamarkt en met nog te implementeren maatregelen zal verder worden voortgezet. Bij het werkgelegenheidsvraagstuk zijn de vooruitzichten ook niet rooskleurig. De vooruitzichten voor 2016 zijn volgens Berenstein dus niet hoopgevend, maar hij zegt aan de andere kant dat deze crisissituatie voor Suriname niet de eerste is. Nationaal dialoog heeft indertijd ervoor gezorgd dat het land uit de modder is geklommen. Hetzelfde zal volgens hem weer moeten worden gehanteerd. Berenstein verliest dus geen hoop. “Wij kunnen niet zeggen ‘mek deng ruim deng eigi rommel op’. Als ze hun eigen geld hadden gegeten, konden wij dat nog zeggen, maar het waren staatsmiddelen”, aldus Berenstein.
Kavish Ganesh

error: Kopiëren mag niet!