In het veertigste jaar van het bestaan van de Republiek Suriname kroop Henk Doelwijt in de pen en zette tekenen destijds neer als bezinningsteksten.
Intellectuelen in de Republiek Suriname schitteren als schrijvers. Het genre is berekenend, koel en zakelijk. Anders dan hun collega-dichters en romanschrijvers verdienen ze goed. De schrijfspecialiteit van de knapkoppen is de kunst om nationale vraagstukken en projecten op een paar velletjes papier neer te zetten.
Knelpunten, die door de eeuwen heen zijn uitgegroeid tot een kankergezwel krijgen, alsof het kinderlijk eenvoudig is, binnen een handomdraai een pasklaar antwoord op papier. De honderden intellectuele schrijvers zijn niet alleen te vinden bij de overheid, ze huizen voor een goed deel in niet-gouvernementele organisaties en in het korps adviseurs, dienstverleners en ondernemers. Met globalisatiegedachten worden projecten neergepend en wordt richting gegeven aan de ontwikkeling van Suriname in een wereld van statistische idealen. Het is een wereld van diplomatieke sferen, vergaderingen, board meetings, conferenties, onderzoek, statistieken, instituten, werkgroepen, commissies, rapporten, conventies, projecten, ontwikkelingshulp, kredieten en donaties.
Ontwikkelingslanden zoals Suriname lopen niet echt warm voor globalisatie, omdat de prijs die daartegenover staat, het opgeven van het eigene is. Globalisatie vraagt ook van het staatkundig onafhankelijke Suriname opoffering in wereldbelang.
Globalisatie heeft een statistische grondslag. Er wordt primair gedacht aan inkomen en eigendom en aan de positie van elk individueel land op de wereldmarkt. Het cijfermatig tot ontwikkeling brengen van de wereld volgens één model geniet bijzondere aandacht. Het is werken binnen het domein van de verenigde rijke landen, waar het collectief van arme landen geen gewicht heeft. De intelligentsia, verenigd in de fora van de wereldpolitiek, troont in een ivoren toren. Zij staat niet met beide benen op de grond. Globalisatie loopt mank, omdat deze gebaseerd is op verdeling van inkomsten en rijkdom. Het is geen band die volken bindt. Het is geen broederschap. Het is de wet van de sterkste die prevaleert. Onder andere moeten ex-koloniën verworvenheden, die veelal na langdurige strijd werden verwezenlijkt en de grondslag van de onafhankelijkheid vormen, inleveren. Verdragen en conventies worden opengebroken. Een openmarkteconomie is een vereiste. De boosdoeners zijn de verenigde rijke landen, die posities consolideren en uitbreiden en het collectief van arme landen bepalingen opleggen. Globalisatie is dictatoriaal. Dat wordt tot uitdrukking gebracht in statistieken, valutareserves, inkomen, eigendommen en patenten.
Henk Doelwijt