In tijden van grove misdaden wordt de roep om de doodstraf, ook in Suriname, tijdelijk luider. De roep wordt vaak sterk beïnvloed door eigen sociale milieufactoren en voor die tijd recente gebeurtenissen in nationaal verband. Wijlen bisschop Doth van de Evangelische Broedergemeente, de vader van de huidige dominee Doth, heeft mijn kijk op de doodstraf sterk beïnvloed door een verhaal dat hij meermalen in de kerk vertelde, soms aan volwassenen en soms aangepast aan kinderen in een kinderdienst. Het verhaal was als volgt:
Een boer van middelbare leeftijd leefde in het westen van de Verenigde Staten op een landgoed met zijn vrouw. De kinderen waren al uit huis en verhuisd naar de grote steden. Hij deed het al wat rustiger aan, met een klein aantal paarden en koeien. Zijn troeteldier was daarbij een kleine wijfjeshond met korte poten, genaamd Smiley, vanwege de brede glimlach die zij gevraagd en ongevraagd kon tonen aan mensen. Op een dag kwam de dochter van de boer even langs om te vragen of haar ouders voor enkele uren op haar zoon van enkele maanden oud wilden letten. Natuurlijk wilden zij dat. De ouders vertelden er echter niet bij, dat ze voor maximaal een half uur even weg moesten, maar dat ze de slapende baby wel even onder de hoede van Smiley zouden achterlaten. Ze gingen even met de auto weg en waren zelfs eerder, na twintig minuten reeds terug. Ze liepen naar de veranda waar de baby lag te slapen bij hun vertrek , maar ze schrokken van wat ze zagen! De baby lag huilend en bloedend op de grond, terwijl Smiley in geen velden of wegen te zien was. De boer vroeg zich af, waarom ze niet in de buurt was, en dacht aan jaloezie. Hij werd razend en haalde zijn geweer tevoorschijn uit de auto. Juist op dat moment kwam Smiley aanlopen, met ook volop bloed aan haar bek. De boer schoot op haar, maar raakte haar niet vol. Ze rende weg, met de boer achter haar aan. Toen hij goed zicht op haar kreeg schoot hij haar de volle laag. Smiley strompelde verder, maar bleef uiteindelijk achter het huis liggen. De boer ging naar haar toe voor het laatste definitieve schot. Toen zag hij een beeld dat hij nooit meer zou vergeten! Er lag niet een hond, maar twee; Smiley en een dode wilde prairiehond in een plas bloed. De prairiehond was door Smiley doodgebeten . Ze had daarbij dus met gevaar voor eigen leven de kleinzoon van de boer verdedigd. Ze had als dank schoten hagel in haar kleine lichaam gekregen. Ze ademde nog, maar hortend. De boer tilde haar totaal onthutst op, keek haar aan en vroeg: “Smiley, waarom moest dit mij en ons overkomen?” Smiley gaf nog een keer haar smile, en sloot daarna de ogen voorgoed. Hij begroef haar later zelf op de plaats binnen het landgoed, waar hij naar lokaal gebruik later zelf begraven zou willen worden, zodat ze ook na zijn eigen dood nog bij hem zou zijn. Tot zover de grote EBG-bisschop Doth. Dit verhaal dat ik voor de eerste keer hoorde in 1958, over een onterecht, nodeloos en snel neergeschoten dier, is mij als dierenliefhebber altijd, tot in 2012 bijgebleven. Het heeft mijn mening over de doodstraf blijvend beïnvloed. Dat werd nog sterker toen bleek dat er in de Verenigde Staten veel niet blanken ter dood werden veroordeeld en ter dood werden gebracht op grond van onjuiste getuigenverklaringen. Alle negers leken volgens getuigen op elkaar, net zoals meerdere Surinamers nu zeggen: Alle Hollandse stagiaires lijken op elkaar. Mijn mening over de doodstraf is echter geleidelijk veranderd, zeker nadat wetenschap en technologie grote stappen vooruit maakten in de vastlegging van bewijzen voor schuld aan moord. Onderzoek van genetisch DNA -materiaal, heeft veel verdachten jaren later vrijgepleit, maar ook vele ontkennende verdachten goed vastgezet. Videotechnologie heeft er voor gezorgd dat via bewakingscamera’s bewezen werd, dat het 100 % zeker Surinder Sopielalpersad was, die de verkoopsters Hortence Pinas en Ponimin Tjokropawiro door het hoofd schoot, als voorbereiding tot het meenemen van de winkelbrandkast. Het zijn bewakingscamera’s die bewezen, dat Kwassie Aboidong, zoon van Aboikonie samen met Jeroen van der Schurckx de kassières genaamd Hema Aishwara Kumarsing en Carmelita Hillegonda Sabajo van Supermarket King Kong door het hoofd schoten,voordat zij de kassa’s met inhoud meenamen. Deze bewijzen zijn waterdicht en niet beïnvloedbaar door humeur of vooroordeel van getuigen. Deze vormen van bewijsvoering waren er in de tijd van Smiley en de Amerikaanse burgerrechten strijd niet. Ze zijn er nu wel. Daarom is het verdedigbaar dat Surinder, Kwassie en Jeroen, na het vinden van een daarvoor geschikte hoge boom gehangen worden, niet uit wraak, maar om de maatschappij te behoeden voor herhaling. Als er geen geld is op de begroting voor het kopen van het touw, wil ik het wel kopen. Als ik toevallig in die periode platzak ben, wil ik het geld lenen van dame Marijke D, of heer Richard K. Nimmer een doodstraf als er niet voor 101 % bewezen is, dat de verdachte ook de dader is, maar als het bewijs geleverd is, zullen plegers van moorden gerust mogen hangen. “Hang Them High” .
Drs. E.G. Monsels