Afhankelijk van de praktijksituatie bij de komende verhogingen op nutsvoorzieningen zal volgens vakbondsman Robby Naarendorp blijken als de door de vakbeweging voorgestelde looncorrectie van 20% voor ambtenaren, voldoende is. Hij zet zich alvast schrap voor de reactie vanuit het ambtenarenapparaat, dat nog geen toezegging van de regering heeft ontvangen voor de looncorrectie, als zij met de realiteit van de verhogingen geconfronteerd wordt. Hij vindt het in tegenstelling tot anderen niet onrealistisch om deze correctie van de overheid te verwachten, ook al geeft de overheid steeds aan dat zij met tekorten zit. ‘Het zijn niet de ambtenaren die het land in deze situatie hebben geplaatst’, redeneert hij. Naarendorp zegt te begrijpen dat de verhogingen moeten komen, maar de mate waarin men het doet en de periode die men uitrekt om het doen en de compensatiemiddelen zijn belangrijk. ‘Het kan niet zo zijn dat men alleen maar trekt en trekt aan de ambtenaren, want uiteindelijk zuig je ze leeg. Wat voor zin hebben verhogingen als de mensen niet in staat zijn die te betalen?’ De meeste mensen beseffen volgens Naarendorp nog niet wat de verhogingen op stroom en water in werkelijkheid zullen inhouden. ‘De praktijk moet nog blijken. Niet een ieder begrijpt wat het zal betekenen. Pas wanneer het wordt uitgevoerd en de mensen daadwerkelijk zien wat het voor hun portemonnee betekent, zullen we de reacties horen. Als het niet wurgend is, zullen we niets merken maar als het wurgend is, zullen we het horen. We hebben nog twee weken te gaan. We zullen zien wat het wordt.’
Loontrekkers gemakkelijk te pakken
‘Het zijn de loontrekkers die de inkomsten brengen voor de staat’, stelt Naarendorp. Deze groep is naar zijn mening dan ook het zwakst en het gemakkelijkst te pakken. Daarom heeft Ravaksur voorstellen gedaan over waar men moet gaan zoeken naar geld. ‘De loontrekkers zijn gemakkelijk, omdat ze geregistreerd staan. Je weet hoeveel ze verdienen en je houdt in. Van deze mensen alleen kan men plukken, maar hoe lang kan men plukken?’ Naarendorp vindt dat de staat de mensen in elk geval in staat moet stellen de verhoging te kunnen betalen en in hun eigen levensbehoeften te kunnen voorzien. ‘Iedereen weet dat alles wordt doorberekend door de bedrijven en winkels. De Staat moet andere manieren zoeken voor middelenvergroting en niet steeds maar blijven trekken van deze groep.’
Het mes snijdt aan twee kanten
Daarom is het voorgestelde pakket aan maatregelen van Ravaksur volgens hem een evenwichtig pakket. ‘Als je aan de ene kant verhoogt, moet je ook zorgen voor de compensatie. Men is uitgegaan van wat gemiddeld in deze fase voldoende zou kunnen zijn om het hoofd te kunnen bieden’, legt Naarendorp uit. Men mag volgens hem de staatsinkomsten enerzijds verhogen, maar moet anderzijds ervoor zorgen dat de mensen, die behoren tot het ambtenarenkorps en daaraan gelijk gesteld, niet gaan behoren tot de bedelstaf. Zij moeten minimaal de verhoging kunnen betalen. Als je alleen maar verhoogt, breng je ze in grote problemen. Ze zullen dieper in de portemonnee moeten gaan en niet kunnen voldoen aan de minimale levensbehoeften. Deze verhoging zonder correctie van het salaris van de ambtenaren betekent dat hun koopkracht nog minder wordt dan het al is. De door de vakbeweging voorgestelde looncorrectie van 20% voor ambtenaren is gebaseerd op de inflatiecorrectie van de afgelopen 5 jaren. De inflatie is jaren achtereen niet gecorrigeerd, waardoor hun koopkracht minder is geworden. ‘Je kunt niet uitgaande van de bestaande situatie, waarbij mensen al nauwelijks rond kunnen komen, prijzen verhogen zonder de nodige correctie. Het mes snijdt aan twee kanten.’ Sommigen zijn van mening dat een looncorrectie voor ambtenaren tot een verhoging van prijzen van goederen zal leiden, waardoor men terecht kan komen in een loon-prijs spiraal. Het argument van het loon-prijs spiraal is volgens Naarendorp een mooi argument om geen correctie te geven aan de ambtenaren. Hij meent dat het daarom van belang is dat zaken gelijktijdig worden ingevoerd, zodat de correctie geen directe gevolgen hoeft te hebben voor prijzen van goederen.