De regering moet serieus waken over de degelijkheid van de verkiezingen die over minder dan 2 maanden worden gehouden. Suriname heeft de traditie van eerlijke verkiezingen en er zijn nauwelijks perikelen nadat kiezers naar de stembus zijn gegaan. Van waarnemers die uit verschillende landen en instituten komen, wordt altijd vernomen dat het proces goed is verlopen.
Nu zijn er klachten van politieke partijen die aangeven dat het er erg chaotisch aan toe gaat bij de verkiezingsautoriteiten. Steeds zijn er bijvoorbeeld klachten over personen die bij het OKB of het hoofdstembureau zitten die ook betrokken zijn bij politieke partijen. De regelmaat waarmee nu klachten worden gedeponeerd, laat vermoeden dat het na de verkiezingen misschien kan gaan leiden tot rechtszaken of protesten.
Het ministerie van Binnenlandse Zaken dat de verkiezingen zal organiseren is nu in handen van de ABOP met een onervaren minister die al in opspraak is gekomen voor privé stichtingen die onroerend goed bezitten en het misbruiken van politieke connecties. Eerder is bij de verkiezingsautoriteiten al een dc vervangen die ook meedeed aan politieke activiteiten. Zij moest een keus maken en zij heeft gekozen voor de politieke campagnes. Zo moet iedereen die met de verkiezingen en met actieve partijpolitiek is belast, een keuze maken. De laatste overgang van de macht is heel soepel gegaan in Suriname.
De vorige regering heeft macht overgedragen voordat zelfs de gebruikelijke tijd daarvoor was aangebroken. Het zou te maken hebben met de financiële problemen van de vorige regering en met name het onvermogen om de lonen van de ambtenaren te kunnen uitbetalen. Buiten bestaat er een relatief goed beeld van de verkiezingen in Suriname. Dat komt door het ontbreken van onlusten of rechtszaken en oponthoud met betrekking het vaststellen van de resultaten en het formeren van de regering.
In een buitenlandse krant in het Midden-Oosten verscheen vorig jaar een artikel over de verkiezingen in Suriname en de verwachtingen die er zijn. We putten uit dat artikel om een beeld te schetsen hoe men tegen Surinaamse verkiezingen in het buitenland aankijkt. Geschreven wordt dat Suriname een klein, grondstofrijk land is met een bevolking van 600.000 inwoners en dat het staat voor belangrijke verkiezingen in mei 2025. De huidige president, Chan Santokhi, stelt zich herkiesbaar. Vanwege beperkte peilingen blijft de uitslag onzeker, schrijft de buitenlandse krant. Maar deze verkiezingen zullen cruciaal zijn voor de economische hervormingsagenda en olievooruitzichten van het land en daarmee voor de economische toekomst. Dit zou ook zijn benadrukt door het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. Suriname heeft beperkte luchtverbindingen met de VS meent de krant. Het land is een multi-etnische samenleving met 27 procent van Zuid-Aziatische en 22 procent van Afrikaanse afkomst. Er bestaat al meer dan 150 jaar een Chinees-Surinaamse gemeenschap. Hoewel Suriname zich traditioneel identificeert met het Caribisch gebied, heeft het recentelijk stappen gezet om zich te positioneren als zowel een Zuid-Amerikaanse als een bredere westerse continentale speler. De overheid onderhoudt ook relaties met landen die banden hebben met Surinaamse diasporagemeenschappen, waaronder China.
Na de onafhankelijkheid kende Suriname langdurige politieke instabiliteit, waaronder een militaire dictatuur.
De krant opinieert dat corrupte regeringen in het verleden de rechtsstaat en de economische beleidsvorming hebben ondermijnd. De krant vindt dat de huidige hervormingsgezinde regering probeert te breken met het verleden van Suriname. De huidige regering heeft ambitieuze economische hervormingen doorgevoerd is de opvatting buiten. Deze hervormingen zijn gericht op onder andere het herstel van de fiscale stabiliteit, schuldsanering en het verbeteren van sociale bescherming. Dit beleid heeft de groei gestimuleerd en de inflatie verlaagd. Deze hervormingen waren echter “politiek uitdagend”, met de afschaffing van subsidies voor brandstof, elektriciteit en water, wat leidde tot politieke kosten.
De buitenlandse krant meent dat de inzet hoog is bij de verkiezingen van 2025. President Santokhi en zijn partij hebben een aantal moeilijke hervormingen doorgevoerd. De president heeft bijvoorbeeld nauwere banden gezocht met Zuid-Amerika, de Verenigde Staten en Europa. De Nationale Democratische Partij is historisch gezien een linkse maar meer recent een centrumlinkse partij. Deze partij zou, indien verkozen, waarschijnlijk terugkeren naar het economisch populistische beleid van het verleden en het Surinaamse buitenlandse beleid waarschijnlijk een meer pro-China-georiënteerde koers geven. De VS heeft een aan-en-uit-relatie met Suriname gehad. Tijdens de Tweede Wereldoorlog waren duizenden Amerikaanse soldaten in het land gestationeerd om de strategische bronnen te beschermen.
Gedurende een groot deel van de twintigste eeuw werd de Surinaamse economie gedomineerd door bauxiet, een belangrijke grondstof voor de productie van aluminium. Bauxiet was cruciaal voor de Tweede Wereldoorlog, omdat het werd gebruikt voor de productie van diverse militaire uitrusting, van tanks tot schepen en wapens. De geallieerden, waaronder de VS, stuurden troepen naar Suriname om de bauxietindustrie te beschermen, aangezien Suriname een grens deelt met Frans-Guyana (destijds onderdeel van Vichy-Frankrijk, gecontroleerd door nazi-Duitsland).
Suriname is een van de slechts 8 landen wereldwijd die geclassificeerd zijn als een netto koolstofput, met 93 procent van het landoppervlak bedekt met bossen. Paradoxaal genoeg heeft het land onlangs talrijke aanzienlijke olie- en gasreserves voor de kust ontdekt. TotalEnergies schat dat de offshore reserves in 2028 200.000 vaten per dag zullen opleveren, terwijl informele schattingen van andere bronnen binnen 10 jaar oplopen tot meer dan 500.000 vaten. Dit is te vergelijken met de olieproductieniveaus van Venezuela (783.000 vaten) en Frans-Guyana (650.000 vaten per dag). De schattingen zijn dat Suriname tussen de US$ 16 miljard en US$ 26 miljard zou kunnen verdienen aan zijn olie-industrie, wat het bruto binnenlands product en de economische vooruitzichten op lange termijn zou kunnen verdubbelen of zelfs verdrievoudigen.
Hoewel de classificatie van Suriname als een land met een hoger middeninkomen en zijn olierijkdom de Amerikaanse buitenlandse hulp compliceren, zou het land graag “meer van de Verenigde Staten” willen en zijn er mogelijkheden voor samenwerking. Amerikaanse instanties zoals de Export-Import Bank, de Trade and Development Agency, en de Development Finance Corporation zouden moeten worden ingezet om de groeiende economie van Suriname te ondersteunen. Een dergelijke samenwerking zou de hervormingsagenda versterken, die cruciaal is voor de stabiliteit van een land dat aan de vooravond van een olie hausse staat.
Gezien de verwachte olierijkdom van Suriname zal de wereldwijde belangstelling voor het land toenemen. Een dringende behoefte is meer vluchten tussen de Verenigde Staten en Suriname om de verwachte economische groei van het land op te vangen. Tegen deze achtergrond is het de Surinaamse regering aangeraden om de rust te bewaren en de waarborgen in te bouwen voor geruisloze verkiezingen. Alle politici moeten uit de verkiezingsautoriteiten worden gehaald.