Zwak leiderschap en incompetentie

De erfenis van zwak leiderschap is manifest. Debet hieraan is het systeem van de presidentiële democratie die  alle uitvoerende macht in handen legt van de president zonder beperkingen te stellen aan de diverse uitvoerende taken. Het is evident dat als je presidenten hebt die na Ramshewak Shankar aan de macht zijn gekomen en die qua ontwikkeling zwak onderlegd waren, dat je als land gezegend met meer hulpbronnen dan Barbados en met drie maal meer inwoners dan Barbados, dat Suriname nooit het niveau van Barbados zal halen. De volgende grote issues zijn blijven liggen sinds zeg maar het jaar 2000.

Armoedebestrijding voert de lijst aan, immers men heeft meer armoede geschapen met meer deviezen ter beschikking dan alle regeringen voorheen. Sinds het jaar 2000 is er meer dan 66 miljard Amerikaanse dollars verdiend door Suriname.

De status van de betwiste gebieden is sinds 1975 onopgelost gebleven door incompetentie en lafheid.

De lopende rekening is sinds het jaar 1900 sterk negatief met als gevolg een stijgende wisselkoers. Het antwoord daarop hoort te zijn massieve investeringen in de exportproductie. Echter daarvoor is nodig een regering met uitvoerende capaciteit maar we hebben daarvoor in de plaats gekregen een president die alle uitvoerende macht monopoliseert zonder verstand van economische ontwikkeling. De miljoenen Amerikaanse dollars die nu geïnvesteerd worden in het midden en kleinbedrijf gaan slechts de economische bedrijvigheid enigszins een boost geven, terwijl Suriname afhankelijk blijft van de deviezen van de informele sector. Dus de koers gaat blijven stijgen terwijl de werkgelegenheid niet verminderd gaat worden. Het een en ander is het gevolg van een slechte analyse van de prioriteiten en van de sociaaleconomische problematiek.

Het wederom oprichten van de landbouwbank met filialen in de diverse districten heeft prioriteit omdat het de enige sector is die werkgelegenheid gaat scheppen op het kundigheidsniveau van de werkzoekenden.

Ik heb in het eerste kabinet Venetiaan een nota “Loon en prijsbeleid” gepresenteerd aan de regering. Men heeft met uitzondering van de ministers van de spa niet het belang begrepen van een loon en prijsbeleid. Thans worden verhogingen ingevoerd voor de top van de regering en voor DNA-leden die nergens op gebaseerd zijn. We zitten niet in het stenen tijdperk of in de prehistorie. In een democratie worden bestuurders geacht mandaat te hebben voor de diverse uitvoerende maatregelen. Dat mandaat moet blijken door goedkeuring van de beleidsvoornemens middels acceptatie door de volksvertegenwoordiging van het beleid. Echter is er geen loon en prijsbeleid geformuleerd laat staan gepresenteerd aan de volksvertegenwoordiging. Nu worden er uit het hoofd zonder wettelijke basis loonsverhogingen ingevoerd terwijl de begroting al op barsten staat. 

Het is voor wie vertrouwd is met loon en prijsbeleid, evident dat de hoogste salarisschalen niet meer dan het 11-15 voudige van de laagste salarisschalen mogen zijn. Dat is voor mensen die bedrijven opgebouwd hebben, en bedrijven gemanaged hebben, een vanzelfsprekende zaak. Dus wanneer de regering zonder het doorvoeren van een functieclassificatie, zonder een jaarlijkse prestatiebeoordeling te doen geschieden, uit het hoofd buiten proportionele salarisverhogingen doorvoert, dan zijn we beland op het niveau van kannibalen en inboorlingen, of zoals bedrijfskundigen het uitdrukken op het niveau van countryclub management.

Het terugdringen van de verhogingen gaan prioriteit moeten zijn voor de volgende regering.

Er zijn nog meer punten maar die bewaar ik voor de volgende keer.

Richard B Kalloe

error: Kopiëren mag niet!