In een rustige ochtend in Paramaribo, waar de geur van koffie en kruideniers marktjes de lucht vulde, ontwaakte DC-X met een plotselinge inspiratie. “Ik heb het!”, riep hij uit, terwijl zijn assistent verbaasd opkeek. “We gaan een nieuwe campagne lanceren: ‘Suriname 2050 – Het Land van de Toekomst!'”
Met een glimlach die breder was dan de Marowijne-rivier, besloot de DC-X dat dit plan niet alleen Suriname zou transformeren, maar ook de wereld zou redden. Want volgens hem was Suriname het sleutelpunt in een geheime overeenkomst tussen de planeten om de mensheid te redden.
“Denk je eens in”, zei hij tegen zijn adviseurs, “als we onze bananenplantages omzetten naar organische energiebronnen, kunnen we de hele wereld voeden én hun elektriciteit leveren! En als bonus? We zullen de eerste natie worden die ruimtevaart toerisme biedt – rechtstreeks van Paramaribo naar Mars!”
Zijn assistent probeerde hem voorzichtig te corrigeren: “Maar meneer, we hebben nog geen ruimtevaartprogramma.”
“O ja?” antwoordde de DC -X met een ondeugende grijns. “Dan moeten we er gewoon een maken. Ik heb al contact opgenomen met Elon Musk. Hij is enorm enthousiast.”
En zo begon de grootste projectontwikkeling in de geschiedenis van Suriname – of misschien wel van de planeet. Met een budget dat groter was dan het nationale inkomen en plannen die complexer waren dan een Surinaamse politieke discussie, werd Suriname opeens de held van de wereld.
Totdat iemand vroeg: “Waar blijft de banaan?”