De rijken zijn niet uw rolmodellen, ze zijn uw onderdrukker

In de ogen van een linkse econoom is het ongelijkheidsspel tussen rijke en arme lagen van de samenleving centraal. De vraag “hoeveel wordt beheerd?” gaat over de mate waarin rijke individuen en bedrijven controle uitoefenen over economische middelen, zoals kapitaal, landgoederen en financiële instrumenten. 

Voorbeelden hiervan zijn multinationale bedrijven die miljarden bezitten en daarmee politieke invloed kunnen uitoefenen, of privé-eigendommen die generaties lang in handen blijven van weinigen.

Integendeel, wat “blijft voor de onderlaag over?” verwijst naar de schrale restanten die aan arbeiders en minder welvarende groepen toekomen. Dit kan variëren van laagbetaalde banen tot gebrekkige sociale zekerheid. Denk bijvoorbeeld aan werknemers die lange uren maken voor een minimumloon, terwijl hun werkgevers miljoenen verdienen.

Ondanks dit grote verschil worden rijke personen vaak als rolmodellen geïdentificeerd door media en cultuur. Dit komt doordat succes en rijkdom vaak gelinkt worden aan hardwerkendheid en intelligentie, terwijl de systematische ongelijkheden die deze rijkdommen mogelijk maken genegeerd worden. 

Linkse economen zien dit als een mechanisme om de status quo te handhaven: het creëren van een illusie dat iedereen gelijke kansen heeft, terwijl de realiteit juist markeert dat de macht en rijkdom steeds meer concentreren op een kleine elite.

error: Kopiëren mag niet!